2. INSTELLING VAN DE PRINTER
2.7.7 IP Adresinstelling
(TCP/IP)
Uit spanning
Hou de [FEED] en de [PAUSE]
ingedrukt en zet de printer aan
<1>DIAG. Vx.x
[FEED]
[RESTART]
<2>PARAMETER SET
[FEED]
[RESTART]
<3>ADJUST SET
[FEED]
[RESTART]
<4>TEST PRINT
[FEED]
[RESTART]
<5>SENSOR ADJ.
[FEED]
[RESTART]
<6>RAM CLEAR
[FEED]
[RESTART]
<7>IP ADDRESS
[FEED]
[RESTART]
<8>BASIC
[FEED]
[RESTART]
<9>FOR FACTORY
[FEED]
[RESTART]
Wanneer de printer in verbinding staat met de PC d.m.v. TCP/IP en een
LAN kabel, moet een IP adres ingesteld worden in de systeemmode voor
systeembeheerders.
De systeemmode voor systeembeheerders bevat onderstaande menu's:
<1>DIAG. Vx.x
<2>PARAMETER SET
<3>ADJUST SET
<4>TEST PRINT
<5>SENSOR ADJ.
<6>RAM CLEAR
<7>IP ADDRESS
<8>BASIC
<9>FOR FACTORY
N2-40
DUTCH VERSION NO1-33048
2.7 Instelling van werkomgeving
Dit menu wordt gebruikt om de systeem-
informatie van de printer en de status van de
onderhoudsteller na te gaan en printen.
Dit menu wordt gebruikt om de printpapameters
in te stellen.
Dit menu wordt gebruikt voor een fijne
instelling van de printstartpositie, snijpositie,
enz.
Dit menu wordt gebruikt om een printtest uit te
voeren.
Dit menu wordt gebruikt om de status van de
sensors na te gaan en elke sensor aan te passen.
Dit menu wordt gebruikt om een RAM
nulstelling uit te voeren.
GEBRUIK DIT MENU NIET.
Dit menu wordt gebruikt om een IP adres in te
stellen.
Dit menu wordt gebruikt om de printer toe te
laten het Basic programma te gebruiken.
Dit menu wordt gebruikt om een interne proces-
controle uit te voeren.
Gebruik dit menu niet.