6 Installatie
6.5
Elektrische aansluitingen
36
Opgelet
De leidingen moeten rookgasdicht en corrosiebestendig zijn.
De toegepaste materialen moeten voldoen aan de geldige
voorschriften en normen.
De rookgasafvoerleiding moet glad en afgebraamd zijn.
Sluit de leidingen spanningsvrij aan.
De leidingen mogen niet steunen op de ketel of de
rookgasadapter.
Monteer de horizontale delen aflopend richting ketel, met een
helling van 50 mm per meter.
Maximale beugelafstand bij verticale leidingen is 2 m.
Maximale scheefstand van verticale leidingen is 20 mm per
meter.
Gebruik bij horizontale leidingen een beugel bij elke verbinding.
6.4.9
Aansluiting luchttoevoer
1. Verwijder het luchttoevoerrooster van de luchttoevoeropening
2. Monteer de luchttoevoer-aansluitset (accessoire).
3. Monteer de luchttoevoerleiding op de ketel.
4. Monteer de luchttoevoerleidingen naadloos op elkaar.
5. Monteer de opvolgende luchttoevoerleidingen volgens de
voorschriften van de fabrikant.
Opgelet
De leidingen moeten luchtdicht en waterdicht zijn.
De luchttoevoerleiding moet glad en afgebraamd zijn.
Sluit de leidingen spanningsvrij aan.
Maximale beugelafstand bij verticale leidingen is 2 m.
Maximale scheefstand van verticale leidingen is 20 mm per
meter.
De leidingen mogen niet steunen op de ketel of de
luchttoevoeradapter.
Monteer de horizontale delen aflopend richting de
luchttoevoeruitmonding (met een helling van minimaal 50 mm
per meter).
Gebruik bij horizontale leidingen een beugel bij elke verbinding.
6.5.1
Aanbevelingen
Waarschuwing
De elektrische aansluitingen moeten altijd spanningsloos
worden uitgevoerd en alleen door erkende installateurs.
De ketel is volledig voorbedraad. Wijzig nooit de interne
aansluitingen van het bedieningspaneel.
Sluit de ketel altijd aan op een goed geaarde installatie.
Voer de elektrische aansluitingen van de ketel uit volgens:
De voorschriften van de geldende normen.
De aanwijzingen van de met de ketel meegeleverde elektrische
schema's.
De aanbevelingen in deze handleiding.
Scheid de sensorkabels van de 230 V kabels.
6.5.2
Besturingsautomaat
Aansluitspanning
Veiligheidstijd
Antipendeltijd
230 V / 50 Hz
3,5 sec.
Adaptief 1 - 10 min.
114492 - v.06 - 21012019