15
|
Over de units en opties
15.3 Systeemlay-out
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
50
(a)
Om te voorkomen dat er condens wordt gevormd en water uit de unit druppelt. Als de
temperatuur of de vochtigheid buiten deze limieten valt, kunnen beveiligingen geactiveerd
worden, waardoor de unit mogelijk niet functioneert.
Zie de tabel hierna voor combinatie met een R32-buitenunit:
Buitenunits
RZAG71~140
Buitentemperatuu
r
Binnentemperatu
ur
RZASG71~140
Buitentemperatuu
r
Binnentemperatu
ur
AZAS71+100
Buitentemperatuu
r
Binnentemperatu
ur
RZA200+250
Buitentemperatuu
r
Binnentemperatu
ur
ARXM71
Buitentemperatuu
r
Binnentemperatu
ur
Binnenvochtigheid
(a)
Om te voorkomen dat er condens wordt gevormd en water uit de unit druppelt. Als de
temperatuur of de vochtigheid buiten deze limieten valt, kunnen beveiligingen geactiveerd
worden, waardoor de unit mogelijk niet functioneert.
DB: Droge bol
WB: Natte bol
INFORMATIE
De volgende afbeelding is een voorbeeld en stemt mogelijk NIET overeen met de lay-
out van uw installatie.
Koelen
Verwarmen
–20~52°C DB
–20~24°C DB
–20~18°C WB
17~38°C DB
10~27°C DB
12~28°C WB
–15~46°C DB
–15~21°C DB
–15~15,5°C WB
20~38°C DB
10~27°C DB
14~28°C WB
–5~46°C DB
–15~21°C DB
–15~15,5°C WB
20~38°C DB
10~27°C DB
14~28°C WB
–20~46°C DB
–20~15°C WB
14~28°C WB
10~27°C DB
–10~46°C DB
–15~18°C WB
14~28°C WB
10~30°C DB
(a)
≤80%
Split-systeem airconditioners
—
FAA71+100BUV1B
4P654517-1 – 2021.03