Problemen oplossen voor opslag en USB
Dit hoofdstuk beschrijft hoe problemen met betrekking tot het opslaan en laden van bestanden naar en van de opslag en
USB kunnen worden opgelost.
Voor meer informatie over problemen die niet kunnen worden opgelost met de hier aangeboden informatie, raadpleegt u
"Problemen oplossen voor het printerstuurprogramma en het afdrukken" (p. 2-13), "Problemen oplossen voor kopiëren"
(p. 2-16) en "Problemen oplossen voor scannen" (p. 2-17).
Bestanden die opgeslagen zijn op een
USB-flash-station, worden niet
weergegeven op de printer.
U heeft mogelijk niet het GD-
printerstuurprogramma gebruikt om de
bestanden op te slaan in PRN-formaat.
Om een PRN-bestand op te slaan op een USB-flash-
station, gaat u naar het tabblad [Basis] in het scherm
van het printerstuurprogramma en stelt u [Uitvoer] in
op [Op USB-stat. opsl.].
• Bestanden die werden gemaakt en
opgeslagen met een toepassing, kunnen niet
worden afgedrukt in het formaat dat eigen is
aan de toepassing.
Kan niet goed afdrukken op papier
van afwijkend formaat.
[Handmat.] is mogelijk niet geselecteerd voor
[Papierformaat] in [Papierselectie] - [Papierlade-
instelling].
Om papier van afwijkend formaat te gebruiken zonder
dit papier als een papierformaat te registreren, voert u
het formaat van het papier in bij [Handmat.].
Scherm [Opslag] - [Laden] selecteer de map
selecteer het document [Instel. wijzigen] in het
submenu voor het document [Papierselectie]
[Papierlade-instelling] [Papierformaat]
[Handmat.]
Scherm [USB] - [Laden] selecteer de map
[Openen] selecteer het document [Instel.
wijzigen] in het submenu [Papierselectie]
[Papierlade-instelling] [Papierformaat]
[Handmat.]
• Wanneer [ON] niet geselecteerd is, wordt de
breedte van het blad ingesteld op de breedte
van de doorvoer van de papierlade, en wordt
de lengte ingesteld op de maximumlengte
van de relevante lade. Wanneer u papier van
afwijkend formaat gebruikt, worden de
afdruksnelheid en de papieruitlijning beter als
u het papierformaat vooraf registreert.
2-18
Papier is geladen maar de
foutmelding "Plaats papier." wordt
weergegeven.
[Auto. sel.] kan ingesteld zijn op [OFF] voor de
standaardlade of de papierladen.
Configureer [Papierlade-instelling] op het apparaat
dusdanig dat automatische selectie geactiveerd is voor
de standaardlade of de papierlade die u gebruikt.
Scherm [Opslag] - [Laden] selecteer de map
selecteer het document [Instel. wijzigen] in het
submenu voor het document [Papierselectie]
[Papierlade-instelling] zet [Auto. sel.] op [ON]
Scherm [USB] - [Laden] selecteer de map
[Openen] selecteer het document [Instel.
wijzigen] in het submenu [Papierselectie]
[Papierlade-instelling] zet [Auto. sel.] op [ON]
De resultaten van de kleurafdruk zijn
niet goed.
U gebruikt mogelijk papier dat niet geschikt is
voor afdrukken.
Met het inkjetsysteem dat in dit apparaat wordt
gebruikt, kan de afdrukkwaliteit (vooral bij
kleurenafdrukken) afhankelijk zijn van het papiertype.
Het apparaat gebruikt tijdens het afdrukken voor elk
papiertype de best geschikte instelling van het
kleurenprofiel. Als de instelling voor [Papiertype] niet
overeenkomt met het papiertype dat in het apparaat is
geplaatst, kunnen de volledige prestaties dus mogelijk
niet worden verkregen. Controleer de volgende
onderdelen.
• Controleer of het type van het papier dat in de
papierlade is geplaatst, overeenkomt met het
papiertype dat is ingesteld in [Papierlade-instelling].
Scherm [Opslag] - [Laden] selecteer de map
selecteer het document [Instel. wijzigen] in het
submenu voor het document [Papierselectie]
[Papierlade-instelling] [Papiertype]
Scherm [USB] - [Laden] selecteer de map
[Openen] selecteer het document [Instel.
wijzigen] in het submenu [Papierselectie]
[Papierlade-instelling] [Papiertype]
ComColor GD serie Handleiding voor het oplossen van problemen