48 Het verwarmingssysteem testen
• Controleer of de kamerthermostaat om warmte vraagt.
• De brander van de ketel zal automatisch aangaan.
• De ketel heeft een ingebouwde bypass (zie fi guur 25).
Bij afl evering is deze half geopend. Het is waarschijnlijk
niet nodig de bypass aan te passen, maar mocht het
toch nodig blijken, draai de stelschroef dan in de richting
van de klok om het ventiel te sluiten (zie fi guur 25).
• Als het cv-systeem is voorzien van thermostaatkranen op
alle radiatoren, dan moet een extra bypass worden aan-
gebracht.
• Plaats het binnenpaneel en het voorpaneel van de kast
terug.
bypassklep
Figuur 25.
49 Bedieningsknoppen en mogelijkheden
De resetknop wordt gebruikt om de ketel weer te
starten nadat er een storing is opgetreden, zoals een
ontstekingsstoring, een lage waterdruk of een hoge
watertemperatuurstoring. Met de regelknoppen van de
centrale verwarming en het warme water kan de
gebruiker de temperaturen in elke modus instellen.
OPMERKING!
Als er geen warmte wordt gevraagd,
geeft het digitale display de
waterdruk weer. De ketel laat de
werktemperatuur zien in het digitale
display, wanneer de centrale
verwarming om warmte vraagt.
49.1 Vakantiestand
In de normale stand wordt uitgegaan van de geselecteerde
temperaturen voor warm water en de centrale verwarming.
Door de regelknoppen van het warme water en de centrale
verwarming op de minimumstand te zetten, werkt de ketel
in de vakantiestand. Het vorstbeschermings- en pomp-
programma blijven echter actief. Om na een vakantie-
periode weer de normale stand in te stellen, zet u de
regelknoppen weer in hun oorspronkelijke stand.
AWB_ThermoMasterHRG_installatiev33 33
AWB_ThermoMasterHRG_installatiev33 33
stelschroef
50 Pompprogramma
Na een stroomstoring, of elke 24 uur in de vakantiestand
zal de driewegklep schakelen en loopt de pomp één
minuut om te voorkomen dat deze onderdelen vast komen
te zitten. Dit gebeurt ook tijdens de normale werking
wanneer er meer dan 24 uur niet om warm water is
gevraagd of geen cv-vraag is geweest.
51 Vorstbescherming
De ketel heeft een ingebouwd vorstbeschermings-
programma dat werkt zolang de elektriciteit en het gas
aangesloten blijven. De ketel activeert de pomp wanneer
de temperatuur in de ketel onder 7 °C komt en pompt
alleen water in het apparaat rond. Als de temperatuur
onder 3 °C komt wordt de brander geactiveerd en wordt
er water rondgepompt in het verwarmingssysteem.
Wanneer de temperatuur in de ketel 10 °C bereikt,
stopt de brander en stopt na een korte periode (ongeveer
1 minuut) ook de pomp. Dit programma beschermt alleen
de ketel. Andere delen van het systeem die blootstaan aan
lage temperaturen kunnen worden beschermd door
middel van een afzonderlijke vorstthermostaat.
52 Beperking van het maximale cv-vermogen
Voor kleine installaties kan het raadzaam zijn het maximale
cv-vermogen te begrenzen. Dit vermogen kan begrensd
worden door de instelling van een potentiometer. Voor de
toegang tot deze potentiometer, zie paragraaf 'Toegang
tot schakelaar en gebruikersinterface' op pagina 50.
53 Beperking van de maximale cv-temperatuur
Naar de wens van de bewoner kan, bij vloerverwarming,
de maximale cv-temperatuur beperkt worden door dip-
switch instellingen. Zie voor de toegang tot deze
dipswitches bij 'Toegang tot schakelaar en gebruikers-
interface' op pagina 50. Standaard staan de dipswitches
op OFF. Middels de onderstaande tabel kan een andere
keuze worden gemaakt voor de pompinstelling en maxi-
male cv-temperatuurinstelling.
Switch
1
OFF
OFF
2
ON
OFF
pomp
pomp
continu
continu
met de
met de
brander
brander
3
OFF
OFF
4
ON
OFF
temp.
temp.
50 °C
50 °C
73 °C
73 °C
Figuur 26. Tabel dipswitch-instellingen
(zie figuur 35 en 67)
ON
ON
ON
OFF
continu
continu
met de kamer-
met de kamer-
thermostaat
thermostaat
ON
ON
ON
OFF
50 °C
50 °C
87 °C
87 °C
33
19-02-2007 10:05:53
19-02-2007 10:05:53