Controleer voor elke ingebruikname de Overseeder op loszittende bouten/
moeren/ onderdelen.
Indien aanwezig controleer de hydraulische slangen regelmatig en vervang deze
wanneer deze beschadigd zijn of verouderingsverschijnselen vertonen. De
vervangende slangen moeten voldoen aan de technische eisen van de fabrikant.
Indien aanwezig moet de hydraulische installatie, voordat daaraan
werkzaamheden worden verricht, altijd drukloos worden gemaakt.
Bij afwezigheid van beschermkappen en veiligheidsstickers mag de Overseeder
NOOIT gebruikt worden.
Kruip NOOIT onder de Overseeder.
Indien noodzakelijk kantel de Overseeder.
Stap NOOIT van de tractor als de motor nog draait.
Bij onderhoud, afstellen en reparaties is het noodzakelijk de Overseeder te
blokkeren tegen zakken/ wegrijden/ wegschuiven.
Bij onderhoud, afstellen en reparaties altijd de tractormotor uitschakelen en de
tractorsleutel uit het contact halen en PTO ontkoppelen (Fig.2)
Gebruik voor onderhoud of reparaties uitsluitend originele Overseeder
onderdelen in verband met de veiligheid van de machine en gebruiker.
Reparatiewerkzaamheden aan de Overseeder mogen uitsluitend door
geautoriseerd technisch personeel worden uitgevoerd.
Houdt een overzicht van reparaties bij.
(5)
Naast de aanwijzingen in deze gebruikshandleiding moeten ook de algemene
geldende veiligheids- en ARBO-voorschriften worden opgevolgd.
Bij gebruik op de openbare weg zijn ook de betreffende voorschriften van het
verkeersreglement van toepassing.
Het vervoer van personen is niet toegestaan!
Gebruik de Overseeder niet in de duisternis, bij hevige regen/ storm of hellingen
met een hoek groter dan 20 graden.
fig.2
4