Opsporen van fouten
NL
Opsporen van fouten
14 Tips voor gebruikers en technici
Reparatiewerkzaamheden, die buiten het gebruikelijke onderhoud vallen, mogen uitsluitend door
een gekwalificeerde vakman of door onze klantenservice uitgevoerd worden.
Vóór werkzaamheden aan het apparaat of bij gevaar spanningsvrij schakelen.
14.1
Slechte röntgenbeeld
Fout
röntgenbeeld verschijnt na het
scannen niet op de monitor
Röntgenbeeld te donker
Röntgenbeeld te licht
röntgenbeeld slechts vaag
Uitstulping boven of onder in
de röntgenbeeld
44
Mogelijke oorzaak
Opslagfolie verkeerd om toege-
voerd en inactieve kant uitgele-
zen
Beeldgegevens van de opslagfo-
lie werden gewist bijv. door
omgevingslicht
Fout in het apparaat
Geen beeldgegevens op opslag-
folie, opslagfolie niet belicht
Röntgenapparaat defect
Röntgendosis te hoog
Verkeerde helderheid-/contrast-
instellingen in de software
Belichte opslagfolie werd bloot-
gesteld aan omgevingslicht
Röntgendosis te laag
Verkeerde helderheid-/contrast-
instellingen in de software
De röntgendosis op de opslag-
folie te gering
Versterking (HV-waarde) in de
software te gering ingesteld
Ongeschikte scanmodus gese-
lecteerd
De instelling voor de drempel-
waarde is te hoog
Fosforplaatje niet in het midden
en scheef toegevoerd
Oplossing
Opslagfolie meteen opnieuw
❯
uitlezen, daarbij opslagfolie
correct toevoeren.
Beeldgegevens van de
❯
opslagfolie altijd zo snel
mogelijk uitlezen.
Waarschuw een technicus.
❯
Opslagfolie belichten.
❯
Waarschuw een technicus.
❯
Röntgenparameters controle-
❯
ren.
Helderheid van de röntgen-
❯
beeld in de software instellen.
Beeldgegevens van de
❯
opslagfolie altijd zo snel
mogelijk uitlezen.
Röntgenparameters controle-
❯
ren.
Helderheid van de röntgen-
❯
beeld in de software instellen.
Röntgendosis verhogen.
❯
Versterking (HV-waarde) ver-
❯
hogen.
Geschikte scanmodus selec-
❯
teren.
Drempelwaarde reduceren.
❯
Fosforplaatje in het midden en
❯
recht toevoeren.
9000-608-160/14 2107V004