Installeren
4.8
Rookgasaansluiting
4.8.1 Algemene vereisten
GEVAAR
Bij de dimensionering van de
rookgasleiding moet de max.
toegestane rookgastegendruk van 15
mbar in acht genomen worden en
cijfermatig aangetoond worden.
De stroomsnelheid mag 10 m/sec. niet
overschrijden.
ATTENTIE!
Er moet uitgesloten worden dat de
schouwtrek de rookgassen uit de motor
zuigt. Dit zou een negatieve invloed
hebben op bijv. de lambdaregeling
(emissieregeling).
ATTENTIE!
Bij gebruik van de warmtekrachtmodule
in een woning wordt dringend
geadviseerd om twee opeenvolgende
rookgasgeluiddempers te installeren om
beter te kunnen voldoen aan de eisen
aan ruimten met bijzondere
bescherming ('s nachts 25 dB(A)).
1
Axialkompensatoren
2
Abgasleitung
3
Abgas-Sekundärschalldämpfer (Option)
4
Kondenswasserablauf
5
Entwässerung Heizwasser-Sicherheitsventile
6
Elastischer Verbinder
1
> =
50 mm
6
4
5
Fig. 12
Schema van het perifere rookgassysteem voor twee warmtekrachtmodules met condenswaterafvoer en ontwatering van
de veiligheidsventielen (afmetingen in mm)
24
ESS Energie Systeme & Service GmbH
1
2
2
6
4.8.2 Speciale montageaanwijzingen
●
Module bij voorkeur via een individuele
rookgasleiding aan de schouw aansluiten.
●
Rookgasleiding zuur- en drukvast (pulsatie tot 40
mbar), bij voorkeur in staal AISI 316Ti (met isolatie)
of glas, wanddikte minstens 1 mm, uitvoeren.
AANWIJZING!
Bij aansluiting van meerdere modules
via verzamelleidingen aan een schouw
moeten bijzondere bepalingen in acht
genomen worden!
●
In de rookgasleiding monteren:
-
Tegenflens voor de
warmtekrachtmoduleuitlaatflens conform de
aansluitmaten in hoofdstuk 2.
-
Axiale compensator met roestvrijstalen balg voor
de contactgeluidontkoppeling en opname van
warmtespanningen.
-
Secundaire rookgasgeluiddemper conform VDI
2058-1, ontworpen voor de speciale eisen van
het geluidsniveau van de ontstekingsfrequentie;
-
Reinigings- en afvoeraansluiting alsook
rookgasthermometer en aparte meetaansluiting;
-
Evt. een muurdoorvoer naar de open lucht naar
de schouw met doorschuifbuis en isolatie.
●
Het volledige rookgassysteem isoleren. (max.
toegest. oppervlaktetemperatuur 50 °C!)
●
De inbedrijfstelling mag alleen uitgevoerd worden,
als de succesvolle dichtheidscontrole of de
typehomologatie van het gebruikte buissysteem bij
de registratie aangetoond werd (zie hoofdstuk ).
3
3
6
6
6
> =
250 mm
Montageahandleiding VITOBLOC 200 EM-50/81
6