INSTALLATIE
• Leg deze eisen uit aan de gebruiker van het toestel.
• Zich refereren aan de norm NBN D 61-002 indien het gaat om
een installatie in nieuwe gebouwen of vernieuwde gebouwen
waarvoor een bouwaanvraag moest ingediend worden.
8.2
Omschrijving van de confi guratie voor
rookgasafvoer
8.2.1
Horizontaal luchtpijpsysteem Ø 60/100 mm of
Ø 80/125 mm (installatietype C13)
Aandacht!
a
Als de rookgassen op minder dan 1,80 m van de grond
uittreden, moet u een eindbeschermkit aanbrengen.
Aandacht!
b
De openingen van de eindstukken van afzonderlijke
leidingen moeten in eenzelfde vierkant met zijde 50 cm
uitmonden.
Legenda
1
Dichting
NL
Legenda
1
Dichting
- 16 -
Ø 60/100 mm
L
6 3
1
Ø 80/125 mm
L
1
ketel
F25/30 - F30/35 - FAS12 - FAS25
- FAS30
F25/30 - F30/35 - FAS25 - FAS30
FAS12
Telkens een extra elleboog van 90° nodig is (of 2 van 45°), moet
de lengte L met 1 m worden verminderd.
8.2.2
Verticaal luchtpijpsysteem Ø60/100 mm of Ø
80/125 mm (installatietype C33)
Aandacht!
a
Als de rookgassen op minder dan 1,80 m van de grond
uittreden, moet u een eindbeschermkit aanbrengen.
Aandacht!
b
De openingen van de eindstukken van afzonderlijke
leidingen moeten in eenzelfde vierkant met zijde 50 cm
uitmonden.
L
ketel
F25/30 - F30/35 - FAS12 - FAS25
- FAS30
F25/30 - F30/35 - FAS25 - FAS30
FAS12
Telkens een extra elleboog van 90° nodig is (of 2 van 45°), moet
de lengte L met 1 m worden verminderd.
Type
Max. lengte
Ø 60/100
10 m
Ø 80/125
25 m
Ø 80/125
20 m
Type
Max. lengte
Ø 60/100
10 m
Ø 80/125
25 m
Ø 80/125
20 m
0020109430_06 - 06/13 - Bulex