Algemene veiligheidsinformatie
2.8
Veiligheidsinstructies voor de lader
Gebruik de lader alleen als deze zich in een technisch foutloze staat
bevindt, houd rekening met alle mogelijke veiligheids- en
gevaaraspecten, en houd u aan de veiligheidsinstructies.
Voorgeschreven of in de gebruiksaanwijzing vermelde intervallen voor
periodiek uit te voeren keuringen/inspecties moeten worden
nageleefd.
• De minimale en de maximale laadtemperatuur in acht nemen
• Lader niet openen.
• De lader niet blootstellen aan vochtige of natte omgevingen.
-
• Ventilatiespleten schoon en vooral vrij van metaalspanen houden.
• Lader nooit aan het netsnoer dragen en niet hieraan uit het
Gebruik in de leefomgeving.
De lader genereert en gebruikt radiofrequentie-energie en kan deze
uitstralen. Indien de lader niet zoals beschreven geïnstalleerd en
gebruikt wordt, dan kunnen gevaarlijke storingen van de
radiocommunicatie worden veroorzaakt.
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
(zie Technische gegevens hoofdstuk 3.4.3)!
Gebruik uitsluitend in gesloten ruimtes.
stopcontact trekken.
22 / 120
BL164 NL Uitgave 07/2017