3. Als u wilt inzoomen of uitzoomen op
een gedeelte van een document, drukt
u op een functietoets → <Beeld> →
een zoomoptie.
Een Word-document bewerken:
1. Druk in het startscherm op <Start> →
<Alle prog.> → Office Mobile →
Word Mobile.
2. Blader naar een Word-bestand en
selecteer de bestandsnaam om het
bestand te openen.
3. Druk op <Menu> → Bewerken.
4. Wijzig het document.
5. Als u de opmaak wilt wijzigen, drukt u
op <Menu> → Opmaak → een type.
6. Druk op <Menu> → Bestand →
Opslaan als... om het document op te
slaan.
Uw persoonlijke zaken regelen
7. Geef een bestandsnaam in, selecteer
de geheugenlocatie in en druk op
<Opslaan>.
Een PowerPoint-diavoorstelling
openen en bekijken
1. Druk in het startscherm op <Start> →
<Alle prog.> → Office Mobile →
PowerPoint Mobile.
2. Blader naar een PowerPoint-bestand
en selecteer de bestandsnaam om het
bestand te openen.
3. Draai het toestel tegen de klok in naar
de liggende stand.
4. Druk op <Menu> → Aangepaste
voorstelling om de diavoorstelling te
starten.
5. Druk op <Stoppen> om de
diavoorstelling te beëindigen.
37