Reinigen
≥ Voordat u begint met reinigen, de batterij loskoppelen of de netadapter uit het netstopcontact
trekken en vervolgens het toestel met een zachte, droge doek afnemen.
≥ Als het toestel erg vuil is, dompelt u een doek in water, wringt u deze goed uit, en veegt u het
toestel af met de vochtige doek. Daarna droogt u het toestel met een droge doek.
≥ Als u wasbenzine, thinner, alcohol of afwasmiddel gebruikt, kan de behuizing van de camera
vervormen of de afwerklaag eraf bladeren. Gebruik dergelijke oplosmiddelen niet.
≥ Bij gebruik van een chemisch reinigingsdoekje dient u de bijbehorende instructies nauwkeurig op
te volgen.
Deze camera is niet geschikt voor bewakingsdoeleinden of ander zakelijk gebruik.
≥ Dit toestel is bedoeld voor niet-continu gebruik door consumenten. Het is niet bedoeld voor
continu gebruik, en ook niet voor industrieel of commercieel gebruik dat leidt tot langdurig
gebruik.
≥ In bepaalde situaties, kan bij continu gebruik het toestel oververhit raken en een storing
veroorzaken. Dergelijk gebruik wordt sterk afgeraden.
Als u de camera langere tijd niet gebruikt
≥ Als u de camera in een lade of kast bewaart, adviseren wij u een droogmiddel (silicagel) erin te leggen.
Over de accu
De in de videocamera gebruikte accu is een oplaadbare lithium-ion accu. Deze accu is gevoelig
voor schommelingen in temperatuur en relatieve vochtigheid en naarmate de temperatuur verder
stijgt of daalt neemt deze gevoeligheid toe. Bij lage temperaturen kan de aanduiding waarmee het
vermogen van de accu wordt aangegeven geheel afwezig zijn. Soms verschijnt ongeveer 5 minuten
na het inschakelen van de camera de melding dat de accu bijna leeg is. Een hoge temperatuur kan
de beveiligingsfunctie activeren, waardoor u het toestel niet kunt gebruiken.
Verwijder de accu na gebruik.
≥ Als de accu aan de camera bevestigd blijft, wordt voortdurend een geringe hoeveelheid energie
verbruikt ook al is de camera uitgeschakeld. Dit kan leiden tot overontlading. Hierdoor kunt u de
accu niet langer gebruiken, zelfs niet na het opladen.
≥ Bewaar de accu in een plastic zak zodat de aansluitpunten niet in contact kunnen komen met
metalen voorwerpen.
≥ De batterij moet op een koele, vochtvrije plaats bewaard worden, bij een temperatuur die zo
constant mogelijk is (aanbevolen temperatuur: tussen 15 oC en 25 oC, aanbevolen vochtigheid:
tussen 40%RH en 60%RH)
≥ Extreem hoge of lage temperaturen zullen de levensduur van de accu verkorten.
≥ Als de accu wordt opgeslagen in een warme omgeving, bij een hoog vochtigheidsgehalte of
onder vette en rokerige omstandigheden, kunnen de contactpunten gaan roesten en kan storing
optreden.
≥ Als u de accu gedurende langere tijd niet gebruikt, raden wij u aan de accu eens per jaar op te
laden en pas weer op te bergen als het geladen vermogen van de accu volledig is verbruikt.
≥ Verwijder eventueel stof en vuil van de contactpunten.
Zorg dat u een opgeladen accu bij u hebt als u opnamen gaat maken buitenshuis.
≥ Bereid accu's voor met in totaal 3 tot 4 maal de gebruikstijd die u wilt gaan opnemen. Op koude
plaatsen, zoals op skipistes, kan de gebruikstijd van een accu korter zijn dan normaal.
Als u de accu per ongeluk hebt laten vallen, moet u controleren of de contactpunten nog in
goede staat zijn.
≥ Het plaatsen van een accu met vervormde polen kan het apparaat schade berokkenen.
- 190 -