40
5.3.2
Demontage en montage van de componenten van het watersysteem
Ga bij demontage van de componenten van het watersysteem als volgt te werk:
1. Demonteer de stoomcilinder (zie hoofdstuk 5.3.1).
2. Neem de twee schroeven van het zijpaneel los. Duw dan voorzichtig het zijpaneel naar voren,
draai het naar links en hang het aan de nokken op het achterpaneel.
3. Neem de watertoevoer- en waterafvoerleidingen los.
4. Alleen type PR..: Neem de elektrische leidingen los, verwijder de ventilatie-unit samen met de
stoom- en condensaatslang (trek deze naar voren).
5. Maak de bevestiging van de platte lintkabel op de spuiwater-opvangbak (rubber band) los, trek
daarna de kabel uit de klem.
6. Haal de aansluitkabels van de afvoerpomp en toevoerklep los.
7. Maak de bevestigingsclip van de vulbeker los, trek daarna voorzichtig de vulbeker samen met de
slangen en spuitwater opvangbak naar voren. Neem de elektrische leidingen los van de afvoer-
pomp en de toevoerklep en de aardleiding van de betreffende klem in de waterafvoer.
8. Nu kunnen de afzonderlijke componenten van het watersysteem worden gedemonteerd voor
inspectie en reiniging.
Voor montage van de componenten van het watersysteem volgt u de procedure in omgekeerde
volgorde. Leg, voordat u de waterslangen op de connector aansluit met de slangklemmen, de slangen
zonder bochten of knikken. Zorg dat alle elektrische leidingen weer correct worden aangesloten.