Opbouw en werking
44
WAARSCHUWING
Gevaar door vastgrijpen en opwikkelen door niet-beveiligde
onderdelen van de cardanas in de buurt van de
krachtoverbrenging tussen tractor en aangedreven machine!
Deze gevaren veroorzaken zwaar lichamelijk letsel met mogelijk
dodelijke afloop.
Werk alleen met volledig beveiligde aandrijving tussen tractor en
aangedreven machine.
•
De niet-beveiligde onderdelen van de cardanas moeten altijd
door een beschermplaat op de tractor en een
beschermingstrechter op de machine beveiligd zijn.
•
Controleer of de beschermplaat op de tractor resp. de
beschermingstrechter op de machine en de veiligheids- en
beschermingsvoorzieningen van de gestrekte cardanas elkaar
minimaal 50 mm overlappen. Zo nee, dan mag de machine niet
via de cardanas worden aangedreven.
•
Gebruik alleen de bijgeleverde cardanas resp. het bijgeleverde
cardanastype.
•
Lees de bedieningshandleiding van de cardanas aandachtig
door. Door het juiste gebruik van de cardanas kunnen zware
ongevallen worden voorkomen.
•
Raadpleeg voor het aankoppelen van de cardanas de
bedieningshandleiding van de cardanasfabrikant.
•
Zorg dat er voldoende ruimte is in het zwenkbereik van de
cardanas. Bij te weinig ruimte kan de cardanas beschadigd
raken.
•
Let op het toelaatbare aandrijftoerental van de machine.
•
Heeft de cardanas een overbelastings- of vrijloopkoppeling, dan
moeten deze altijd aan de machine worden gemonteerd.
•
Let op de juiste inbouwstand van de cardanas. Het
tractorsymbool op de beschermpijp van de cardanas geeft aan
dat deze zijde van de cardanas op de tractor moet worden
aangesloten.
•
Raadpleeg vóór het inschakelen van de aftakas de
veiligheidsinstructies voor het gebruik van de aftakas in het
hoofdstuk "Veiligheidsinstructies voor de gebruiker", pagina 30.
KX BAG0067.1 08.08