Voor Gebruik
Namen en functies van de componenten
Camera
∫
1
Sensor
2
Flits
(P130)
3
Zelfontspannerlampje (P170)/
AF-lamp
(P155)
4
Pasmarkering voor de lens
5
Bevestiging
6
Lensvergrendeling
7
Lensvrijgaveknop
8
Flits-open-knop
•
De flitser gaat open en het wordt mogelijk
opnames met de flitser te maken.
9
Aanraakscherm/monitor
10 [(] (Afspeel)-toets
11 [MENU/SET] knop (P18,
12 [Q.MENU]-knop (P43)/[Fn1]-knop (P46)/
[
] (Wis/Annuleer) knop
13 Bedieningsfunctieknop
14 [Wi-Fi]-knop (P224)/[Fn2]-knop
®
15 Lampje Wi-Fi
-verbinding
16 Cursorknoppen
3/Knop belichtingscompensatie (P84, 89, 90, 91,
1/WB (Witbalans)
2/AF-modusknop
4/[Aandrijfstand] knop
Deze knop stelt de gebruiker in staat om in de beeldopnamemodus een van de
volgende opties te selecteren.
Enkel (P58)/Burst (P164)/Auto bracket (P167)/Zelfontspanner
17 [DISP.] knop (P62,
•
Iedere keer dat op de knop gedrukt wordt, wordt de weergave op de monitor
omgeschakeld.
(P21)
(P22)
(P130)
(P16)
(P64)
38)
(P72)
(P18)
(P46)
(P224)
(P18)
(P142)
(P147)
70)
8
138)
12
1 2
4
5
6
9
10
11
12
13
1415
(P170)
3
7
16
17