Alle inkomende signalen op uw telefoon ontvangen
Tik op
> Instellingen > Verbindingen > Overzenden.
1
Controleer of het selectievakje Alle inkomende signalen ontvangen is
2
ingeschakeld.
Informatie overzenden naar een computer
1
Schakel Bluetooth™-functionaliteit op uw telefoon in en maak de telefoon zichtbaar.
Zie Bluetooth™-functionaliteit inschakelen en de telefoon zichtbaar maken op
pagina 60 voor meer informatie.
2
Als uw computer met Windows Vista of Windows XP SP2 werkt en de Bluetooth
adapter in de computer door uw Windows-versie wordt ondersteund, gaat u als
volgt te werk:
1
Computer: Controleer of de Bluetooth functie is geactiveerd.
2
Dubbelklik op het Bluetooth pictogram in het systeemvak en selecteer Zoeken
naar apparaten binnen bereik.
3
Wanneer uw telefoon wordt weergegeven in de lijst, klikt u hierop met de
rechtermuisknop en selecteert u Apparaat koppelen in het snelmenu.
4
Geef een pincode van vier cijfers op.
5
Telefoon: Wanneer Toevoegen aan mijn apparaten? wordt weergegeven,
selecteert u Ja.
6
Geef op de telefoon dezelfde pincode op als u op de computer hebt opgegeven
en tik op OK.
7
Computer: Dubbelklik op uw telefoon in de lijst.
8
Dubbelklik op het pictogram van de seriële poort.
9
Telefoon: Wanneer Toestaan? wordt weergegeven, selecteert u Ja.
3
Nu kunt u informatie overzenden. Selecteer in uw telefoon een item dat u wilt
overzenden. Het item kan een afspraak in uw agenda, een taak, een contactkaart
of een bestand zijn.
4
Als u een contact wilt overzenden, tikt u op Menu > Contact verzenden >
Overzenden. Als u andere typen informatie wilt overzenden, tikt u op Menu > [type
item] overzenden.
5
Tik op de naam van het apparaat waarnaar u wilt overzenden.
6
Als u een agenda-item, taak of contact overzendt naar uw computer en het item niet
automatisch wordt toegevoegd aan Outlook, selecteert u in Outlook de optie
Bestand > Importeren en exporteren om het item, de taak of het contact te
importeren.
De standaardmap op uw computer waar overgezonden items worden opgeslagen, kan C:
\Documents and Settings\uw_gebruikersnaam\My Documents in Windows XP of C:\Users
\uw_gebruikersnaam\My Documents in Windows Vista zijn.
Wi-Fi (draadloos LAN-netwerk)
U kunt de telefoon verbinden met een draadloos netwerk om toegang tot internet te krijgen.
U kunt thuis (persoonlijke netwerken) of in openbare toegangszones (hotspots) verbinding
maken.
•
Persoonlijke netwerken: meestal beveiligd. Een wachtwoordzin of een sleutel van de
eigenaar is vereist.
•
Hotspots – meestal onbeveiligd, maar vaak moet u zich aanmelden bij de service van de
operator voordat u internettoegang krijgt.
Verbinding maken met een draadloos netwerk
1
Tik op
> Instellingen > Verbindingen > Wi-Fi.
2
Tik op het netwerk waarmee u verbinding wilt maken.
3
Er wordt achtereenvolgens een aantal schermen weergegeven. Controleer in elk
scherm de informatie die wordt weergegeven en wijzig deze indien nodig. Tik
vervolgens op Next.
4
Tik in het laatste scherm op Voltooien.
Dit is een internetversie van deze publicatie. © Uitsluitend voor privégebruik afdrukken.
62