Magneet Membraandoseerpompen MAGDOS LA/LD
9 Elektrisch systeem installeren
Levensgevaar door stroomschokken!
In geval van elektrische ongeval zal de doseerpomp snel van het
spanningsnet gescheiden moeten worden.
ð
Installeer een noodschakelaar of integreer de doseerpomp in
het veiligheidsconcept van de installatie.
Gevaar van automatisch inschakelen!
De doseerpomp beschikt niet over een aan-/uit schakelaar en kan
met pompen beginnen zodra de voedingsspanning erop gezet
wordt. Daardoor kan dit leiden tot uittredende vloeistof. Afhankelijk
van de soort en het gevaar van het doseermedium kan dit
verwondingen tot gevolg hebben.
ð
Installeer een noodschakelaar of integreer de doseerpomp in
het veiligheidsconcept van de installatie.
Schade door foute netspanning
De aansluiting op een foutieve voedingsspanning leidt tot schade
aan de doseerpomp.
ð
Let op de weergave van de spanning op het typeschild.
Niet toereikende elektromagnetische compatibiliteit
Bij het aansluiten van de doseerpomp op de stekkerdoos zonder
aangesloten aarding kan de storingsgevoeligheid overeenkomstig
de EMV-normen niet gegarandeerd worden.
ð
Sluit de doseerpomp alleen aan op een stekkerdoos met
aangesloten aardleiding.
9.1 Principes
Voedingseenheid: 100 – 240 V AC of 100 – 125, 50/60 Hz
n
De elektrische aansluiting moet volgens de plaatselijk geldende voor-
n
schriften gebeuren.
De doseerpomp moet aangesloten worden op een geaarde stekker-
n
doos.
Om een foutieve dosering na beëindiging van het proces te voorko-
n
men, moet de doseerpomp voorzien worden van een elektrische ver-
Elektrisch systeem installeren
22
Principes
GEVAAR
VOORZICHTIG
AANWIJZING
AANWIJZING
grendeling.
De doseerpomp mag niet met een aan-/uit schakelaar in de voedings-
n
spanning bedient worden.
Signaalkabel mag niet parallel naast krachtstroom en netleidingen
n
aangelegd worden. Stuur- en signaalkabels moeten in gescheiden ka-
nalen doorgevoerd worden. Bochten zullen onder een hoek van 90°
gelegd moeten worden.
Rubber geleidestukken bij varianten LA en LD
De MAGDOS LA en LD worden met twee in aansluibussen 1 en 3
aangebrachte rubber geleidingsstukken geleverd. Deze zijn
elektrisch geleidend en zorgen ervoor dat de contacten in de
aansluitbussen gesloten zijn wanneer er geen kabel is aangesloten.
Wanneer de rubber geleidingsstukken in de aansluitbussen 1 en 3
ontbreken resp. niet goed zijn aangebracht en er geen kabels zijn
aangesloten, kan de pomp niet gestart worden.
ð
Plaats de rubber geleidingsstukken in de aansluitbussen 1 en 3
wanneer er geen kabels op de aansluitbussen aangesloten zijn.
ð
Let er daarbij op dat de geleidestukken aan de juiste contacten
aangebracht zijn (zie de aanwijzingen in het volgende
hoofdstuk).
ð
Geef de geleidestukken een goede plaats om de positionering
in de aansluitbussen later te kunnen veranderen.
Afb. 16: Rubber geleidestukken in de aansluitbussen 1 en 3 bij MAGDOS LA/LD
BA-10010-05-V07
Bedieningsvoorschrift
AANWIJZING
© Lutz-Jesco GmbH 2022