INFORMATIE
verschillende automatische start/stop functies en vele
uitleesmogelijkheden. Zie de Digital Diesel Control
gebruiksaanwijzing.
2.5.4 Acculaden
De stroom van een hulpwikkeling in de generator wordt
op de print gelijkgericht en geregeld om de accu te laden
met maximaal 6 Ampère. De regeling – zowel spanning
als stroom- voorkomt dat de accu overladen wordt. Deze
regeling bevindt zich achter het bedieningspaneel (afb. 3)
2.5.5 Alarmering en beveiliging
In geval van storing wordt dit aangegeven door de LED
"FAILURE" en op het display en wordt de generatorset
gestopt.
Er zijn drie beveiligingsfuncties: oliedruk en olietempera-
tuur van de motor en uitlaattemperatuur. Deze laatste be-
veiliging treedt direct inwerking als het koelwater wordt
geblokkeerd. De sensoren van deze beveiligingen zijn in
de veilige modus gesloten. Dit contact wordt ingeval van
een storing onderbroken. Dit brengt met zich mee dat
indien het beveiligingssysteem defect is, of de bedrading
onderbroken is, de generatorset niet kan werken. Het
systeem is dus intrinsiek veilig.
2.5.6 Bediening
De generatorset kan bediend worden met de druktoets van
het paneel op de generator of via de afstandsbediening.
Door de startknop in te drukken wordt het systeem
geactiveerd
en gaat de startprocedure beginnen. Men
stopt de motor weer met de toets "STOP". Het elektrisch
systeem wordt dan gedeactiveerd, een stopmagneet wordt
ingetrokken en een op de brandstofpomp gemonteerde
electrische magneetklep sluit de brandstoftoevoer af.
2.5.7 Afstandbediening
Alle verbindingen van de Digital Diesel Control unit naar
de afstandbediening worden gemaakt met een 8-aderige
communicatiekabel en stekkers. 15 Meter kabel wordt
standaard meegeleverd. Eventueel kan een langere
kabel geleverd worden als de standaardkabel niet lang
genoeg is. Een onbeperkt aantal afstandbedieningen kan
parallel worden geschakeld via de connectoren achter op
de panelen. (Zie ook de installatieinstructies.)
2.5.8 Urenteller
De afstandsbediening biedt verschillende telfuncties
onder andere ten behoeve van het onderhoud.
12
2.5.9 Belastingindicatie
Op
het
afstandsbedieningspaneel
afgenomen belasting aflezen, zowel op de display als
middels de "led-bar". De belasting wordt gemeten via een
meetspoel op de generator.
2.5.10 Brandstof
Het is van het grootste belang dat de diesel-brandstof
niet vervuild is, geen water bevat en voldoet aan de spe-
cificaties die aan het gebruik voor moderne dieselmoto-
ren gesteld worden.
2.5.11 Gegevens olie
1 Specificatie: De olie moet wat levensduur betreft
geschikt zijn voor het aantal draaiuren dat in de
onderhoudsinstructie wordt vermeld. De smeerolie
moet olie zijn die aan de volgende eisen voldoet: API
CC of CD. Het is van het grootste belang om de juiste
olie te gebruiken. Vaak adviseren plaatselijke oliele-
veranciers om een hogere klasse te gebruiken dan
hierboven is aangegeven, onder het motto een
hogere klasse is altijd goed.
DIT IS BESLIST ONJUIST!
Men moet deze adviezen beslist NIET op-
volgen. Het gebruik van verkeerde olie ver-
oorzaakt een verhoogd olieverbruik!
2 Viscositeit van de olie:
Wij adviseren een multigrade smeerolie 15W40.
3 Oliecapaciteit:
De inhoud van het carter is 1,3 l. Inclusief de inhoud
van de oliekoelers bevat de motor 1,4 l.
Vul niet hoger dan het aangegeven niveau. Te veel
olie kan het vermogen nadelig beïnvloeden en
schade veroorzaken.
4 Oliedruk:
•
Stationair minimum 49 Kpa (0,5 kgf/ cm2 - 7 psi);
•
3000 rpm normaal tussen 147 en 490 Kpa (1,5 tot
5 kgf/cm2 - 21 tot 71 psi);
•
3000 rpm minimum 98 Kpa (1,0 kgf/cm2- 14 psi).
kan
men
Oktober 2004 / WHISPER 3,5 / NL
de