Configuratieniveau
4.4.Configuratieniveau
++
+++
16
In het configuratieniveau wordt de functie van de regelaar voor de
gewenste regeling via configuratieblokken vastgelegd. Dit niveau is
alleen toegankelijk na invoer van de toegangscode.
In het onderste aanwijsveld (2) wordt het configuratieblok, in het bovenste
aanwijsveld (1) de waarde voor het configuratieblok aangewezen. De
waarde van de configuratieblokken kunnen binnen het opgegeven bereik
worden gekozen en gewijzigd.
Openen van het configuratieniveau
Bevestigingstoets (8) indrukken, in aanwijsveld (2) verschijnt .
Cursor-toets ∆ indrukken, in aanwijsveld (2) verschijnt .
Bevestigingstoets (8) indrukken, knippert.
Toegangscode via cursor-toetsen ∆ en ∇ invoeren, zie aanwijsveld (1).
(Aanwijzingen betreffende toegangscode zie blz. 21)
Bevestigingstoets (8) opnieuw indrukken, het configuratieniveau is geo-
pend, in aanwijsveld (2) wordt het eerste configuratieblok getoond. Bij
invoer van een verkeerde toegangscode verspringt de regelaar naar het
bedrijfsniveau.
Vastleggen en wijzigen van de waarden van de configuratieblokken
Openen van het configuratieniveau zie boven
configuratieblok met cursortoetsen ∆ en ∇ kiezen.
Bevestigingstoets (8) indrukken, het gekozen configuratieblok knippert.
Gewenste waarde met cursor-toetsen ∆ en ∇ in aanwijsveld (1) instellen
en door indrukken van de bevestigingstoets (8) opslaan.
Bij de eerste keer wijzigen van een waarde wordt het handbedrijf
geactiveerd.
Met cursor-toetsen naar het volgende configuratieblok schakelen of het
configuratieniveau verlaten zie hierna.
Verlaten van het configuratieniveau
Indrukken van de bedrijfstoets (7) zorgt voor terugkeer in het bedrijfsni-
veau, waarbij het handbedrijf nog is geactiveerd. Het aanwijsveld (2)
schakelt om naar de regeluitgang #.
Indrukken van de hand/automaat toets; er wordt overgeschakeld naar
automatisch bedrijf.
Bediening