11. Storingen
Storings-
Omschrijving
code
5 mislukte branderstarts
E:14
5 mislukte gaslekcontroles
E:15
Vals vlamsignaal
E:16
Gasklep aansturingsfout
E:17
Aanvoer temperatuursensor
E:32
kortgesloten
Aanvoer temperatuursensor
E:33
open
Ventilator fout
E:34
Aanvoer en retour verwis-
E:35
seld
52
Mogelijke oorzaak
• Geen ontstekingsvonk
• W el ontstekingsvonk,
geen vlam
• W el vlam, niet voldoende
ionisatie
• Defecte gasklep
• Geen of te lage gasdruk
• V erkeerde afstelling van de
VPS schakelaar
• Bedradingsfout
• Sensor defect
• Slecht gemonteerde sensor
• W el ionisatiestroom gemeten,
terwijl er geen vlam mag zijn
• Defecte ontstekingstrafo
• Slechte verbinding
• Defecte gasklep
• Slechte verbinding
• Defecte sensor
• Slecht gemonteerde sensor
• Slechte verbinding
• Defecte sensor
• Slecht gemonteerde sensor
• Slechte verbinding
• Defecte ventilator
• Defecte sensor
• Doorstromingrichting verkeerd
• Slechte verbinding
• Slecht gemonteerde sensor
Controle / oplossing
Controleer:
- aansluiting ontstekingskabel trafo
- ektrodeafstand deze moet 3 à 4 mm zijn
- doorslag naar massa / aarde
- de conditie van het branderdek (sluiting
branderdek / elektrode)
- aarding / massa
- defecte aansturing SU print
Controleer:
- is de gaskraan volledig geopend?
- is de gasvoordruk voldoende?
- is de gasleiding ontlucht?
- correcte werking en afstelling gasblok
- verstopping luchttoevoer of rookgasafvoer
- slechte bekabeling van gasblok
- defecte aansturing SU- print
Controleer:
- conditie van de elektrode en aarding / massa
- verbinding tussen onsteekkabel en trafo
- is gaskraan volledig open?
- is gasdruk voldoende?
• Is de gaskraan geopend?
• Is de gasdruk voldoende?
• Zijn de VPS schakelaars correct gemonteerd?
• Gasklep lekt of blijft in geopende positie staan
• I s de bedrading in orde, stekkers V1, V2 niet
verwisseld?
• Controleer afstelling VPS schakelaar
• Vervang sensor indien nodig
• Controleer of de sensor goed gemonteerd is
• Vervang de gasklep indien nodig
• B rander gloeit na t.g.v. een te hoog CO
percentage (stel CO
af)
2
• Controleer de ontsteking- /ionisatie elektrode
• Gasklep lekt of blijft in geopende positie staan
• Vervang ontstekingstrafo
• Controleer de kabelboom
• Vervang gasklep indien nodig
• Controleer de kabelboom
• Vervang indien nodig de sensor
• Controleer of de sensor goed gemonteerd is
• Controleer de kabelboom
• Vervang sensor indien nodig
• Controleer of de sensor goed gemonteerd is
• Fout in bekabeling ventilator
• Defect in ventilator
• ( te) Veel trek over ketel waardoor fan gaat
draaien
• Vervang sensor indien nodig
Controleer:
- doorstroomrichting pomp
- temperatuursensoren op afwijkingen
- of de sensor goed gemonteerd is
GAS 210 ECO PRO
2
114492-03