4.8
Werkingsveld
Het maximumvermogen mag niet hoger zijn dan de maximum-
limiet van het diagram (Afb. 1).
Het minimumvermogen mag niet minder bedragen dan de mi-
nimumwaarde van het diagram.
Het inschakelvermogen moet gekozen worden binnen het gam-
ma A voor het gas G20 - G31.
Het inschakelvermogen moet gekozen worden binnen het gam-
ma B voor het gas G25.
11
10
9
8
7
6
5
4
3
2
1
0
-1
-2
50
70
4.8.1
Testketel
De werkingsvelden zijn het resultaat van testen met speciale
proefketels, volgens norm EN 676.
20153677
Technische beschrijving van de brander
A
B
90
110
130
150
170
Thermisch vermogen – kW
OPGELET
190
210
230
250
270
4.8.2
Ketels in de handel
De combinatie brander-ketel heeft geen problemen als de ketel
CE gehomologeerd is.
Als de brander daarentegen gecombineerd moet worden met
een in de handel te verkrijgen ketel zonder EG-homologatie en/
of waarvan de afmetingen van de verbrandingskamer duidelijk
kleiner zijn, moeten de constructeurs gecontacteerd worden.
Het valt af te raden deze brander te gebruiken voor ketels met
rookgasleiding vooraan.
12
NL
Het werkveld (Afb. 1) werd verkregen bij de omge-
vingstemperatuur van 20°C, en bij de barometer-
druk van 1013 mbar (ongeveer 0 m b.z.s.).
330
350
290
310
370
20069649
410
390
Afb. 4