BELANGRIJK
Zet de gashendel in de trage stand voor u het
contact uitschakelt, om een luide knal van de
uitlaatdemper te voorkomen. Als u dit niet doet,
kan dit leiden tot schade aan motor en uitlaat.
!
WAARSCHUWING
De maaikast moet in de hoogste stand staan
wanneer u met de tractor in de transportstand
van het maailand rijdt. Anders kunnen de messen
van de maaier schade oplopen.
RIJDEN MET DE TRACTOR
De tractor is uitgerust met een hydrostatische
overbrenging. Dat betekent dat voor- en
achterwaartse snelheid geregeld wordt door middel
van de pedalen (Afb. 15).
Hoe dieper de pedalen zijn ingedrukt, hoe sneller
de tractor gaat. De tractor kan even hard vooruit als
achteruit.
!
WAARSCHUWING
Als de tractor geduwd moet worden, moet het
koppelingspedaal in de vooruit stand worden
gezet.
REM (AFB. 14)
De rem werkt als u het pedaal volledig indrukt. Zet
daarna de gashendel in de - stationaire -
schilldpadstand (afb. 17).
De parkeerremhendel wordt gebruikt om het
rempedaal in de remstand te vergrendelen (afb. 14;
pos. 2).
ACHTERUITVERSNELLING (AFB. 15)
!
OPGELET
Stop volledig voor u van rijrichting verandert.
Druk het achteruitrijpedaal langzaam in (Afb.15,
stand 2)
BEDIENING
GRAS MAAIEN
!
Zorg dat de koppeling van het maaisysteem is
uitgeschakeld en in de OFF-stand staat voor u start
(Abf. 16).
!
Afb. 16
CONTROLE VAN DE MESSEN
Controleer de maaimessen regelmatig.
Als ze bot zijn, maaien ze niet mooi en gelijkmatig
meer.
Vervang of scherp de messen in dat geval.
Balanceer de messen uit na het scherpen voor u ze
opnieuw monteert.
!
DE MAAIHOOGTE REGELEN (AFB.19)
De maaihoogtehendel bevindt zich op de
rechterzijde van het spatbord.
De onderste stand van de hendel komt overeen
met de laagste maaihoogte, en omgekeerd.
!
WAARSCHUWING
Kijk bij het achteruitrijden achter u. Zorg dat de
maaier is uitgeschakeld!
!
AANDACHT
•
Ruim voorwerpen als speelgoed, draden,
takken, enz. uit de weg.
•
Draag geen losse kleding die kan blijven
haken aan de bewegende delen.
•
Draag steeds aangepast schoeisel.
•
Houd kinderen en dieren uit de buurt tijdens
het rijden.
•
Houd handen en voeten uit de buurt van de
maaikast.
•
Vervoer nooit passagiers.
!
!
9
Nederlands –