Inhoudsopgave
Advertenties
3.4
Veiligheidsvoorschriften elektrisch aangedreven pompunit
De elektrische installatie moet in overeenstemming zijn met de plaatselijk geldende voorschriften van
de elektriciteitsproducent en de Norm EN 60204-1.
De elektrische installatie waarop de pompunit is aangesloten moet zijn uitgerust met een deugdelijk
veiligheidscircuit.
Bij gebreken aan de elektrische installatie mag de pompunit niet worden ingeschakeld.
3.5
Veiligheidsvoorschriften dieselmotor aangedreven
pompunit
Laat de motor nooit draaien in een afgesloten ruimte.
Zorg voor een deugdelijke gasdichte afvoer van verbrandingsgassen.
Zorg voor voldoende ventilatie.
Vul nooit brandstof bij met een draaiende motor.
Draag gehoorbescherming bij een draaiende motor.
3.6
Veiligheidsvoorschriften tijdens onderhoud en reparatie
Het verrichten van werkzaamheden aan de pomp/pompunit is uitsluitend toegestaan bij een buiten
bedrijf gestelde pomp/pompunit.
Volg de in deze handleiding beschreven procedure voor het buiten bedrijf stellen van de pomp/
pompinstallatie.
Zorg dat de pomp/pompinstallatie drukloos is voor aanvang van de werkzaamheden.
Volg bij het openen van de pomp alle voorschriften op voor de omgang met de te verpompen vloeistof
(zoals beschermende kleding, veiligheidsbril, rookverbod etc.).
Raadpleeg de Material Safety Data Sheet (MSDS) van de te verpompen vloeistof.
1401
GEVAAR
In uitlaatgassen komt koolmonoxide voor.
Koolmonoxide is een kleurloos, reukloos en dodelijk gas dat bij inademing het
lichaam zuurstof onthoudt en verstikking veroorzaakt. Ernstige
koolmonoxidevergiftiging kan resulteren in hersenletsel of de dood tot gevolg
hebben.
Pompen BA serie
Waarschuwings- en veiligheidsvoorschriften
3.3
Advertenties
Inhoudsopgave
