6.6
In dit gedeelte wordt beschreven hoe bestanden worden afgedrukt die zijn opgeslagen in de map.
Een bestand wordt afgedrukt op basis van de opgeslagen instellingen.
Wanneer twee of meer bestanden worden geselecteerd, worden ze afgedrukt in de volgorde waarin ze werden
geselecteerd.
Indien twee of meer koppelingsmappen die bestemd zijn voor gekopieerde bestanden worden opgegeven in
de map waarin een bestand wordt opgeslagen, kunt u opgeven of bestanden automatisch moeten worden
afgedrukt en opgeslagen op de externe apparaten.
Een bestand in een koppelingsmap (nrs. 31 t/m 36) wordt afgedrukt op basis van de instellingen van het
gekoppelde apparaat.
"6.2.2 Opslagmappen instellen" raadplegen voor de instellingen van de koppelingsmap die is bestemd voor gekopieerde
bestanden.
Wanneer twee of meer bestanden worden geselecteerd, worden de toepassingen die zijn ingesteld in het scherm Bestand
afdrukken toegepast op alle geselecteerde bestanden.
Een mapnummer invoeren met de
cijfertoetsen op het
bedieningspaneel en Start indrukken
om de map te zoeken.
Indien er een toegangscode voor de
map is, verschijnt het venster
Toegangscode invoeren.
Indien u een bestand afdrukt met de
instelling Auto voor Papierinvoer,
selecteert dit apparaat automatisch
het papier van het formaat en de
richting die oorspronkelijk waren
geselecteerd toen het bestand werd
opgeslagen.
Bestanden afdrukken
Procedure
1
Bestanden bewerken/afdrukken selecteren om het scherm
Harde schijf (bestand kopiëren) weer te geven.
2
Het bestand dat of de bestanden selecteren die moeten
worden afgedrukt.
Bestand(en) in de map afdrukken:
(1)Een map opgeven waarin het bestand is opgeslagen en
daarna Map selecteren selecteren.
De in de map opgeslagen bestanden worden vermeld.
251