3. Laat de machine eerst afkoelen voordat u deze
parkeert in een afgesloten ruimte.
4. Houd de machine, demper, accu-behuizing en de
brandstofopslagplaats vrij van overtollig vet,
gras en bladeren om brandgevaar te voorkomen.
5. Controleer regelmatig de grasopvangbak op
slijtage of beschadigingen.
6. Vervang, veiligheidshalve, beschadigde of
versleten onderdelen.
7. Het legen van de brandstoftank, indien nodig,
moet gebeuren in de open lucht.
8. Let op dat tijdens het afstellen van de machine
de vingers niet klem komen te zitten tussen de
bewegende messen en de vaste delen van de
machine.
9. Ben voorzichtig met machines met meerdere
messen omdat door het bewegen van één van de
messen, andere messen mee kunnen draaien.
10. Indien de machine geparkeerd, opgeslagen of
alleen gelaten wordt moeten de messen
neergelaten worden behalve als er een stevige
mechanische vergrendeling gebruikt wordt.
Veiligheid
GELUIDSNIVEAU
Deze machine oefent een A-gewogen equivalente
continue geluidsdruk uit op het gehoor van de
bestuurder. De geluidsdruk bedraagt 88 dB(A),
gebaseerd op metingen bij identieke machines
volgens procedures vastgelegd in Richtlijn 84/538
EEG en wijzigingen daarvan.
GELUIDSINTENSITEITSNIVEAU
Deze machine heeft een geluidsintensiteitsniveau
van 102 dB(A)/l pW, gebaseerd op metingen bij
identieke machines volgens procedures vastgelegd in
Richtlijn 84/538/EEG en wijzigingen daarvan.
Trillingsniveau
Handen en armen
Deze machine heeft een trillingsniveau van
maximaal 2,5 m/s
identieke machines volgens procedures vastgelegd in
ISO 5349.
Gehele lichaam
Deze machine heeft een trillingsniveau van
maximaal 0,5 m/s
metingen bij identieke machines volgens procedures
vastgelegd in ISO 2631.
5
2
, gebaseerd op metingen bij
2
aan de achterzijde, gebaseerd op