RODE zone staat, dient het filterelement vervangen
te worden.
Gebruik ter vervanging het Toro filter (Onderdeelnr.
94-2621).
BELANGRIJK: Door enig andere filter te
gebruiken komt de garantie van bepaalde
onderdelen te vervallen.
1. Plaats de machine op een horizontaal oppervlak,
laat de maai-eenheden zakken, schakel de motor
uit, activeer de parkeerrem en neem de sleutel uit
het contact.
2. Reinig de plek rondom de plaats waar het filter
contact maakt. Plaats een opvangbak onder het
filter en verwijder het filter.
Afbeelding 45
1. Hydraulisch filter
3. Smeer de nieuwe filterpakking en vul het filter
met hydraulische vloeistof.
4. Zorg ervoor dat de plaats waar het filter contact
maakt, schoon is. Schroef het filter erop totdat de
pakkingring contact maakt met de bevestigings-
plaat. Schroef het filter vervolgens nog een halve
slag verder.
5. Start de motor en laat deze circa twee minuten
lang draaien om het systeem te ontluchten.
Schakel de motor uit en controleer de motor op
lekkages.
Onderhoud
Het controleren van
hydraulische leidingen en
slangen
Controleer dagelijks de hydraulische leidingen en
slangen op lekkages, kinken, loszittende steunen,
slijtage, loszittende aansluitingen, slijtage door
weersinvloeden en de inwerking van chemicaliën.
Voer alle nodige reparaties uit voordat u de machine
opnieuw gebruikt.
Houd uw lichaam en handen uit de buurt van kleine
lekkages of spuitmonden waaruit onder hoge druk
hydraulische vloeistof ontsnapt. Gebruik een stuk
karton of papier om hydraulische lekkages op te
sporen. Hydraulische vloeistof die onder druk
ontsnapt, kan tot in de huid doordringen en tot
verwonding leiden. Vloeistof die per ongeluk in de
huid wordt geïnjecteerd dient binnen enkele uren
worden operatief worden verwijderd door een arts
die bekend is met deze vorm van verwondingen,
omdat anders gangreen kan ontstaan.
Testpoorten van he hydraulisch
systeem
➀
De testpoorten worden gebruikt om de druk in de
hydraulische circuits te testen. Neem contact op met
uw plaatselijke Toro distributeur voor assistentie.
Het afstellen van de tractie-
aandrijving voor de
neutraalstand (Afb. 46)
De machine mag niet kruipen wanneer u het tractie-
pedaal los laat. Indien dit wel het geval is, dient de
machine afgesteld te worden.
1. Parkeer de machine op een horizontaal opper-
vlak, schakel de motor uit en laat de maai-
eenheden op de vloer zakken. Trap alleen het
rechter rempedaal in en activeer de parkeerrem.
2. Krik de linker zijde van de machine omhoog
totdat het voorwiel vrij komt van de vloer van de
werkplaats. Ondersteun de machine met krikken
om te voorkomen dat deze per ongeluk valt.
34
WAARSCHUWING