• Druk op Druk op CONTINUE om de tweede mV-meetwaarde te nemen.
• Wanneer de meetwaarde stabiel is, druk op READ om de tweede waarde
op te slaan. Het ISE-meetresultaat zal weergegeven worden.
• Druk op SAVE om de huidige resultaten te loggen in een ISE-methoderap-
port. Druk op DIRECT MEASURE om terug te keren naar ISE-meetmodus.
• Druk op START AA om een andere meting te starten. Spoel ISE-sensor
tussen monsters.
• Druk op EDIT om de methodeparameters aan te passen.
Druk op ESCAPE op elk moment om de meting te stoppen en terug te keren naar
ISE-meetmodus.
ANALYTSUBTRACTIE
• Druk op MODE en dan op ISE om ISE-meetmodus te kiezen voor het gese-
lecteerde kanaal.
• Selecteer de Analytsubtractie (ISE Setup > Reading Mode).
• Vooraleer een AS-procedure te starten moet de ISE-elektrode gekali-
breerd worden met minimum twee standaarden met ISA. De slope van de
elektrode wordt gebruikt in alle berekeningen met AS.
• Na een vastgestelde procedure: druk op AS en bewerk de methodevaria-
belen en volg onderstaande procedure.
• Druk op EDIT om de methodeparameters in te stellen. Druk op VOLGEN-
DE/VORIGE om de volgende/vorige parameter te selecteren en druk dan
EDIT en gebruik de ONDER/BOVEN-pijltjes om de gewenste parameter-
waarde in te stellen. Druk op ACCEPT om de aangepaste waarde op te
slaan en druk dan op ESCAPE om het menu te verlaten.
• Bij het ontwikkelen van een procedure: voordat u een analytsubtractie-
analyse uitvoert, is het belangrijk om te bepalen welk monster volume,
reagensvolume en concentratie, de beste resultaten zal opleveren en
de manier waarop het reagens reageert met het gemeten ion op molaire
basis (stoichiometrische factor). Als algemene regel, het reagens zou het
gemeten ion moeten bevatten zodat monstertoevoeging zal reageren
met het ion en de gemeten concentratie van het monster verlaagt. De
verandering van de mV-waarde, voor en na de monstertoevoeging, moet
minstens 10 mV zijn. Begin met een kleine proef. Bijvoorbeeld: meet
50 ml reagens, voeg een magnetische roerstaaf toe en plaats op een
roerder, voeg ISA toe en plaats ISE-elektrodepunt in het monster. Zet het
instrument in de mV-modus en registreer de waargenomen mV. Voeg met
behulp van een micropipet een monstervolume Begin met het toevoegen
van 500 μL per keer (bijvoorbeeld). Bekijk de verandering in mV. Als u een
verandering van ongeveer 10 mV ten opzichte van de originele waarde
ziet, bereken dan het totale toegevoegde volume. Pas monster en stan-
daardvolumes aan proportioneel aan standaardvolumes die nauwkeurig
80