2 Waarschuwingen
Hoge waarden buiten de schaal vallen, kunnen duiden op een explosieve gasconcentratie.
De installatie moet gebeuren conform de geldende normen van de bevoegde
•
overheid in het betreffende land.
Alle werkzaamheden aan de binnenkant van de detector mogen alleen door
•
vakbekwaam personeel worden uitgevoerd.
Voordat werkzaamheden worden uitgevoerd, moet aan alle lokale regels
•
en procedures van de vestiging zijn voldaan. De geldende normen moeten
worden nageleefd om de algemene certificatie van de detector te behouden.
Om het risico van ontsteking in gevaarlijke atmosferen te
•
verminderen, koppelt u de apparatuur los van de voeding voordat u de
detectorbehuizing opent. Leidingen moeten een afgedichte fitting hebben
die is aangesloten op een afstand van niet meer dan 45 cm vanaf de
behuizingen. Houd de module goed gesloten tijdens het gebruik.
Open de XNX-behuizing nooit als er stroom opstaat, tenzij zeker is dat het
•
gebied niet explosiegevaarlijk is.
Voor de intrinsieke veiligheid en om radio-interferentie te beperken
•
moet de detector geaard zijn. Er zijn aardingspunten voorzien aan de
binnen- en buitenkant van de eenheid. EMI-opmerking voor toepassingen
met een afgeschermde kabel: de afgeschermde kabels moeten met
geschikte EMI-pakkingen aangesloten worden. Voorkom aansluiting van
afschermingen aan de aardverbindingslip binnen in de XNX-behuizing.
Als de bedrading zich in een buis bevindt, is er geen afgeschermde kabel
nodig. De externe aansluiting is alleen een extra aardaansluiting als
lokale autoriteiten een dergelijke aansluiting toestaan of vereisen.
Wees voorzichtig bij het behandelen van EC-sensorcellen, omdat ze
•
corrosieve oplossingen bevatten.
Probeer de sensorcellen nooit te wijzigen of te demonteren.
•
Stel de transmitter of sensorcellen nooit bloot aan een temperatuur die hoger
•
of lager is dan de aanbevolen waarden.
Stel de sensor niet bloot aan organische oplosmiddelen of brandbare
•
vloeistoffen.
Als de sensoren zijn opgebruikt, moeten deze op een milieuvriendelijke wijze
•
worden verwijderd. Dit moet gebeuren conform de plaatselijke bepalingen
voor afvalverwerking en de milieuwetgeving.
Sensoren mogen ook worden geretourneerd aan Honeywell Analytics. Verpak
•
ze goed en markeer deze duidelijk voor milieuvriendelijke afvalverwerking.
Elektrochemische cellen mogen niet worden verbrand, omdat daarbij
•
schadelijke dampen kunnen vrijkomen.
Controleer alle uitvoeren, inclusief het display, na de installatie, na
•
onderhoudswerkzaamheden en af en toe om de veiligheid en integriteit van
het systeem te verzekeren.
Vertragingen als gevolg van transmissiefouten tussen de sensor en de
•
transmitter, maken de responstijden van de T90 met meer dan eenderde
langer. Het duurt 10 seconden voordat een storing wordt aangegeven.
Aangezien sommige testgassen gevaarlijk zijn, moet de uitlaat van het
•
stroomhuis naar een veilig gebied worden afgevoerd. Gebruik de XNX
Universal Transmitter niet in zuurstofverrijkte omgevingen. (In zuurstofverrijkte
omgevingen kan de elektrische veiligheid niet worden gegarandeerd.)
6
XNX Universal Transmitter Beknopte handleiding