11 Gebruikerskaartbeeldscherm
Een C-MAP™ gebruikerskaart is een optionele
plug-in cartridge die bestanden met data gegevens
kan opslaan (zie sectie 1-2). Er zijn drie typen
bestanden: waypoints, routes en trajecten.
Om naar het gebruikerskaartscherm te gaan, drukt
u op DISP en kiest u Gebruikerskaart.
De gebruikerskaart heeft:
Bestandslijst
Een lijst met bestanden van alle gebruikerskaarten
in de TRACKER.
Waypts, routes
Het aantal waypoints en routes die op dit
moment in de TRACKER aanwezig zijn.
Traject 1 tot Traject 5
Het aantal punten in trajecten 1 tot 5 die op
dit moment in de TRACKER aanwezig zijn.
NB:
Om de TRACKER data op een gebruikerskaart te
bewaren dient u het Bewaar commando te
gebruiken (zie onderstaand).
Data die op een gebruikerskaart bewaard
wordt en die zichtbaar is op de overzichtslijst
kan niet door de TRACKER worden gebruikt
voordat deze is geladen met het LAAD
commando (zie onderstaand).
TRACKER data op de gebruikerskaart
bewaren
Dit bewaart alle TRACKERs waypoints en routes
of een van de TRACKERs trajecten naar een
bestand op de gebruikerskaart.
1
Druk op MENU en kies Bewaar.
2
Kies Waypts, Routes of Trajecten.
3
Voor Trajecten kiest u het te bewaren trajectnummer.
4
Een nieuw bestand wordt nu gecrëerd.
Verander indien nodig de naam. Het nieuwe
bestand zal in de overzichtslijst verschijnen.
Het laden van data van de
gebruikerskaart naar de TRACKER
Dit zal een bestand van de gebruikerskaart naar
de TRACKER laden:
Een waypointsbestand: De nieuwe waypoints
worden aan de reeds bestaande waypoints in
de TRACKER toegevoegd. Als een nieuw
waypoint dezelfde naam heeft als een bestaand
waypoint, maar andere data, dan zal de
TRACKER beide waypoints laten zien. Kies:
Overslaan: Laad het nieuwe waypoint niet.
Vervang: Laad het nieuwe en vervang
het bestaande waypoint.
Sla over: Laad geen van de waypoints
die eenzelfde naam hebben als een
reeds bestaand waypoint.
Vervang al: Laad alle nieuwe waypoints
62
Een routesbestand: De nieuwe routes worden
aan de reeds in de TRACKER bestaande
routes toegevoegd. Als een nieuwe route
dezelfde naam heeft als een bestaande route,
maar andere data, dan zal de TRACKER
vragen welke route bewaard dient te worden.
Een trajectbestand: Een nieuw traject zal een
bestaand traject in de TRACKER vervangen.
Om een bestand naar de TRACKER te laden;
1
Selecteer het te laden bestand.
2
Druk nu op MENU en kies Laden.
Een bestand van de gebruikerskaart
wissen.
1
Kies het te wissen bestand.
2
Druk op MENU en kies Wissen.
3
Kies Ja om te bevestigen.
Het lezen van bestandsinformatie
Deze functie leest de bestandsnamen van de
gebruikerskaart en geeft ze weer. Dat de
bestandsnamen gelezen worden betekent niet dat de
bestandsdata naar de TRACKER geladen worden.
1
Druk op MENU en kies Kaart.
2
Kies Lezen.
De gebruikerskaart formatteren
Formatteren maakt een gebruikerskaart gereed voor
gebruik. Formatteer de kaart wanneer een foutmelding
NAVMAN
TRACKER 5100/5100i/5500/5500i Installations- und Bedienungs-Handbuch
die eenzelfde naam hebben als bestaande
waypoints, de nieuwe zullen de oude
waypoints vervangen.