6 Snelwegbeeldscherm
Het snelwegbeeldscherm laat in vogelvlucht de koers
van de boot naar haar bestemming zien:
Voor het snelwegbeeldscherm drukt u op DISP en
kiest u Snelweg.
Waarschuwing: Het snelwegscherm geeft geen
land, gevaarlijk water of kaartsymbolen weer.
Het snelwegbeeldscherm geeft het volgende weer:
Om de weergegeven data te veranderen, zie onderstaand.
Geplotte koers van de boot naar de bestemming
CDI lijnen, parallel aan de boots geplotte koers (zie
appendix C, CDI). De CDI lijnen zijn als een snelweg over
het water waarover de boot zal varen.
De positie van de boot wordt in het midden aan de
onderkant van het scherm weergegeven.
Het numerieke databeeldscherm
veranderen
1
Met het snelwegbeeldscherm in beeld drukt u
op MENU en kiest u Data setup.
2
Om een dataveld te veranderen:
i
Druk op de cursortoetsen om het veld te
highlighten.
7 Satellieten
GPS Wereldwijde navigatie
De Amerikaanse regering beheert het GPS-systeem.
Daartoe bevinden zich vierentwintig satellieten in een
kring om de aarde die positie- en tijdsignalen
uitzenden. De positie van deze satellieten verandert
constant. De GPS-ontvanger analyseert de signalen
van de dichtbijzijndste satellieten en berekent precies
waar op het aarde het zich bevindt. Dit wordt de GPS-
positie genoemd.
De precisie van een GPS -positie is normaalgesproken
(95%) beter dan 10 m. Een GPS-antenne kan bijna overal
ter wereld signalen ontvangen van de GPS-satellieten.
GPS-antennes
TRACKERs 5500i en 5100i hebben ingebouwde
GPS-antennes; TRACKERs 5500 en 5100 zijn
gewoonlijk aangesloten op een bijgeleverde externe
GPS-antenne. Alle TRACKERs hebben een gevoelige
ingebouwde ontvanger met 12 kanalen. De ontvanger
NAVMAN
TRACKER 5100/5100i/5500/5500i Installations- und Bedienungs-Handbuch
Zes numerieke datavelden
Bestemmingswaypoint
CDI schaal
ii
Druk op ENT voor een menu van de data die
in dat veld kunnen worden weergegeven.
iii Kies welke data u in het veld wilt weergeven;
kies Geen om het veld blank te laten.
3
Herhaal bovenstaande stap om andere velden
te veranderen.
4
Tot slot drukt u op ESC om terug te keren naar
het snelwegbeeldscherm.
traceert signalen van alle satellieten die boven de
horizon zichtbaar zijn en gebruikt metingen van alle
satellieten die zich meer dan 5° boven de horizon
bevinden om de positie te bepalen.
DGPS
Een DGPS-systemen gebruikt correctiesignalen om
een aantal van de fouten in GPS-posities te
verwijderen. De TRACKER kan een van twee
verschillende types DGPS-systemen gebruiken:
WAAS en EGNOS DGPS
WAAS en EGNOS DGPS zijn twee op
satellieten gebaseerde DGPS-systemen. De
correctiesignalen worden uitgezonden door
satellieten en ontvangen door de TRACKERs
standaard GPS-antenne. De precisie van deze
verbeterde GPS-positie is normaalgesproken
(95%) beter dan 5 m.
55