Indien u een CADD
bruikt die niet de stroomstopfunctie heeft (het nabestelnummer begint niet
met 21 -73xx): U moet een CADD
CADD
™
-toedieningsset met hetzij een geïntegreerde, hetzij een afzonder-
lijke antisifonklep gebruiken als bescherming tegen ongecontroleerde
zwaartekrachtinfusie die een onjuist bevestigd reservoir kan veroorzaken.
• Nooit de slangen primen als ze aangesloten zijn op de patiënt aangezien
dit kan leiden tot toediening van te veel geneesmiddel of luchtembolie.
• Controleer of de slangen helemaal vrij zijn van luchtbellen alvorens ze op
de patiënt aan te sluiten om luchtembolie te voorkomen.
• Als de Dosis op Aanvraag momenteel afgesloten is, wordt de lockout-tijd
door een verandering van datum en uur gewist. Onmiddellijk na het
starten van de pomp zou er een Dosis op Aanvraag kunnen worden, en dit
kan leiden tot de toediening van te veel geneesmiddel.
Opgelet
• Gebruik de pomp niet bij temperaturen onder +2°C (36°F) of boven 40°C
(104°F).
• Bewaar de pomp niet bij temperaturen onder -20°C (-4°F) of boven 60°C
(140°F). Bewaar de pomp niet met een Medication Cassette-reservoir of
CADD
™
-toedieningsset erop aangesloten.
• Stel de pomp niet bloot aan een luchtvochtigheidsgraad onder 10% of
boven 90% relatieve vochtigheid.
• Bewaar de pomp niet gedurende lange tijd met de batterijen erin. De pomp
kan beschadigd worden door lekkende batterijen.
• Als u een Medication Cassette-reservoir gebruikt waarin de medicatie
bevroren is, mag u dit alleen bij kamertemperatuur laten ontdooien. Niet
in de microgolfoven verwarmen: het product kan hierdoor beschadigd
worden en gaan lekken.
• Dompel de pomp niet onder in reinigingsvloeistof of water. Laat geen
vloeistof in de pomp trekken, of op het toetsenbord verzamelen of binnen-
dringen in het compartiment van de batterij, het contact voor gegevens,
stroombron of luchtdetector. Vochtophoping in de pomp kan de pomp
beschadigen.
vi
™
Toedieningsset of Medicatiecassettereservoir ge-
™
-extensieset met antisifonklep of een