Hoofdstuk 6: Referenties en probleemoplossen
microprocessor voert deze testfunctie elke paar minuten uit om zijn functionali-
teit te blijven verzekeren. Een input van het bewakingscircuit voorkomt dat de
motor werkt wanneer de tijd van de controletimer is verstreken.
Spanningsdetectorcircuit
Lage spanning wordt waargenomen door een gedeelte van het bewakingscircuit
en door de microprocessor via software. Er worden drie niveaus van lage
spanning waargenomen. De eerste twee niveaus worden waargenomen door
software en het derde door hardware. Het eerst bereikte niveau is de drempel
voor een waarschuwing dat de batterij bijna leeg is. Dit gebeurt als het voltage
van de batterij zakt onder de nominale waarde van 6,8 volt. Met een in de
microprocessor ingebouwde analoog-digitaalomvormer (ADC) kan de microp-
rocessor, via software, de batterijspanning bewaken. Bij de drempel voor de
waarschuwing "batterij bijna leeg" schakelt de microprocessor een periodieke
serie pieptonen aan en geeft een waarschuwing op het scherm weer dat de
batterij leeg is. Wanneer de spanning waarop de motor loopt een nominale
waarde van 6,3 volt bereikt, schakelt de software de toediening uit, verschijnt
een bericht op het scherm dat de batterij leeg is en wordt een constant tweeto-
nig akoestisch alarmsignaal aangeschakeld. Wanneer de batterijspanning een
nominale waarde van 5,6 volt bereikt, wordt een hardware-resetcircuit geacti-
veerd, waardoor de microprocessor wordt teruggesteld. Dit voorkomt onjuiste
werking van de microprocessor wanneer de batterijspanning blijft verminderen.
De hardware-reset gaat door totdat de batterij helemaal leeg is of totdat hij
verwijderd is. Wanneer de pompcontroller eenmaal is uitgeschakeld doordat de
batterijen leeg zijn, kan deze situatie alleen verholpen worden door de lege
batterijen door nieuwe te vervangen.
Veiligheidskenmerken van de software
Veiligheidskenmerken van de software met betrekking tot de apparatuur
Programmageheugencontrole
Bij het opstarten en met regelmatige tussenpozen daarna wordt het programma-
geheugen getest door een cyclische redundantiecode (CRC) van het programma
te berekenen en deze vervolgens te vergelijken met de in het programma opge-
slagen CRC.
Als de opgeslagen en berekende CRC niet overeenkomen, geeft de software een
systeemfout op het scherm weer, klinkt een continu tweetonig akoestisch
118