Indicatie
Functie
Pan controleren, resultaat van het bereidingsproces
™‚ƒ
‹
Niet geschikt
‚
Niet optimaal
ƒ
Geschikt
Luchtcirculatie of luchtafvoer instellen
™‚ˆ
‹
Luchtcirculatie is ingesteld.*
‚
Luchtafvoer is ingesteld.
Automatische start instellen
™‚‰
‹
Uitgeschakeld.
‚
Ingeschakeld: automatische stand met sensorregeling*
ƒ
Ingeschakeld: De ventilatie start in de vastgelegde vermogensstand.
Sensorgevoeligheid voor de ventilatie instellen
™‚Š
‚
Laagste instelling van de sensorgevoeligheid.
ƒ
Middelste instelling van de sensorgevoeligheid.*
„
Hoogste instelling van de sensorgevoeligheid.
Naloop instellen
™ƒ‹
‹
Uitgeschakeld.
‚
Ingeschakeld: Automatische functie met sensorgeregelde naloop.
ƒ
Ingeschakeld: De ventilatie loopt ca. 6 minuten met luchtafvoer en ca. 30 minuten met luchtcirculatie in vermogensstand
wordt na afloop hiervan automatisch uitgeschakeld.*
Terugzetten naar de fabrieksinstellingen
™‹
‹
Individuele instellingen.*
‚
Terugzetten naar de fabrieksinstellingen.
* Fabrieksinstellingen
**Het maximale vermogen van de kookplaat wordt aangegeven op het typeplaatje.
Basisinstellingen
nl
‚
en
31