Voor de controle moet er vrij zicht bestaan op de opgebouwde multidoseerder
resp. op de landbouwmachine waarop deze gemonteerd is en op de gevaarlijke
bewegingszone.
De rijsnelheid van de tractor moet bij het gebruik van de strooischijf en bij de
uitvoering van het werk in overeenstemming met de handleiding en afhankelijk
van het zaaigoed tussen 1 en 20 km/h liggen.
13.4 Onderhoud
Reparatie-, onderhouds- en reinigingswerkzaamheden en het oplossen van
functiestoringen in principe alleen bij uitgeschakelde aandrijving en stilstaande
uitvoeren! – Contactsleutel uitnemen! – Machine uitschakelen!
Moeren en bouten regelmatig op goede bevestiging controleren en indien nodig
natrekken!
Zorg bij onderhoudswerkzaamheden met opgeheven machine altijd voor een
goede borging door passend steunelementen!
Gebruik bij het vervangen van werktuigen met scherpe delen altijd geschikt
gereedschap en handschoenen!
Olie, vet en filters volgens de voorschriften afvoeren!
Koppel voor werkzaamheden aan de elektrische installatie de elektrische voeding
los!
Maak bij het uitvoeren van elektrische laswerkzaamheden aan de tractor en
aangebouwde machines de kabel aan de dynamo en de accu los!
Reservedelen moeten minimaal aan de door de machinefabrikant vastgelegde
technische eisen voldoen! Dit is gegarandeerd met originele onderdelen!
Reinig de machine niet met water. Geadviseerd wordt, de machine met perslucht
te reinigen.
Gebruik bij reparatie- of onderhoudswerkzaamheden – indien nodig – extra
verlichting (bijv. zaklamp).
OPGELET: drukfouten voorbehouden, alle gegevens onder voorbehoud.
Kwaliteit voor professionals
47