3.
Als het oliepeil lager is dan 118 ml (4 oz), draai dan de ontluchtingsdop los. Vul met een oliespuit de
tank bij met ten minste 118 ml (4 oz) van de aanbevolen olie. Draai de ontluchtingsdop aan.
b
OLIE-INJECTIEPOMP ONTLUCHTEN
Voordat u de motor voor de eerste keer start, moet u de olie-injectiepomp voorvullen. Door voor te vullen
verwijdert u de lucht die zich in de pomp, olietoevoerslang of inwendige kanalen kan bevinden.
a
BELANGRIJK: Vul het brandstofsysteem van de motor met brandstof voordat u de olie-injectiepomp voorvult.
Anders loopt de brandstofpomp tijdens het ontluchten zonder brandstof en kan hij beschadigd raken.
Ontlucht de olie-injectiepomp als volgt:
1.
Vul de brandstoftank van de motor met brandstof.
2.
Plaats de benzinepompbal met de pijl op de zijkant omhoog gericht. Knijp in de pompbal totdat deze
hard aanvoelt.
BEDIENING
a -
Op motor gemonteerde oliereservetank
b -
ontluchtingsdop
a
7745
b
27348
34
a -
olie-injectiepomp
b -
olietoevoerslang
7747
nld