Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Algemene Aanwijzingen; Instrument Aansluiten; Automatische Instelling, Bewaking En Uitschakeling - Gossen MetraWatt PROFITEST the basic ONE solution Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

5

Algemene aanwijzingen

5.1

Instrument aansluiten

In installaties met geaarde wandcontactdozen wordt het instru-
ment aangesloten d.m.v. de teststeker (14). De spanning tussen
fase L en aardleiding PE mag maximal 253 V bedragen!
Daarbij hoeft niet op de polariteit te worden gelet. Het instrument
stelt vast welke ader de fase L en welke de nul N is en poolt,
indien noodzakelijk, automatisch om.
Uitzonderingen daarop zijn:
– Spanningsmetingen in de schakelaarpositie U
– Isolatieweerstandmeting
– Laagohmige weerstandmeting
– Draaiveldrichtingmeting.
Wanneer aan driefasen wandcontactdozen, in verdelers of aan
vaste aansluitingen gemeten wordt, moet de meetadapter (3-
polig) (12) bevestigd worden aan de teststeker (14) (zie hiervoor
ook tabel 16.1). De aansluiting wordt gemaakt door de meetpen
PE (aan PE of N) en de tweede meetpen (aan L) aan te sluiten.
Aanraakspanning (bij de aardlekschakelaartest) en aardingsweer-
stand kunnen en aardingsspanning, vloer-isolatieweerstand, son-
despanning en aardlekschakelaartest in IT-netten moeten met
een sonde gemeten worden. De sonde wordt aan de sonde aan-
sluiting (20) door middel van een aanraakveilige banaansteker van
4 mm aangesloten.
GMC-I Gossen-Metrawatt GmbH
5.2

Automatische instelling, bewaking en uitschakeling

De
PROFITEST⏐ONE
het instrument zelfstandig vastgesteld kunnen worden, in. De
spanning en frequentie van het aangesloten net worden gemeten.
Liggen deze waarden binnen de nominale spanning en nominale
frequentiegrenzen, dan worden de waarden onder in het LCD-
scherm (1) weergegeven. Vallen ze erbuiten, dan worden U
f
als actuele meetwaarden van spanning (U) en frequentie (f)
N
weergegeven.
Netspanningschommelingen beïnvloeden het meetresultaat niet.
De aanraakspanning, welke door een teststroom wordt gegene-
L-PE
reerd, wordt bij elke meting bewaakt. Wordt de grenswaarde van
> 25 V resp. > 50 V overschreden, dan wordt de meting driect
afgebroken. De LED U
Het instrument werkt niet resp. de meting wordt afgebroken als
de batterijspanning onder de gestelde grenswaarde komt.
De meting wordt automatisch afgebroken resp. het meetverloop
wordt geblokkeerd (behalve bij spannings-meetbereik en draai-
veldrichtingmeting):
• bij ontoelaatbare netspanning (< 60 V, > 253 V)) bij metingen
waarbij netspanning noodzakelijk is
• wanneer er bij isolatieweerstandmeting of laagohmige weer-
standmeting een vreemde spanning aanwezig iswenn bei einer
Isolationsweerstands- bzw. Niederohmmessung eine Fremd-
spannung vorhanden ist
• als de temperatuur in het meetinstrument te hoog is.
Een te hoge temperatuur treedt in de regel alleen op wanneer
er ca. 500 metingen met een interval van 5 sec. met de meet-
bereikschakelaar (9) in de stand Z
Bij een poging een meting te starten v erschijnt dan een mel-
ding in het LCD-scherm (1).
stelt automatisch allen parameters, die door
(7) licht rood op.
L
of Z
staat.
Schl
I
und
N
13

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave