Bijlage
Code Parameter
D.121 Verrijking van het lucht-gasmengsel
bij min. vermogen
D.122 Begrensde beschikbare druk
D.123 Tijd van de laatste boilerlading
D.124 ECO-modus van de warmwaterboiler
D.125 Warmwatertemperatuur aan de
boileruitgang
Inspectie- en onderhoudswerkzaamheden – overzicht
C
Nr.
Werkzaamheden
Controleer de VLT/VGA op dichtheid en reglementaire bevestiging. Zorg ervoor dat deze niet
1
verstopt of beschadigd is en in overeenstemming met de relevante montagehandleiding correct
gemonteerd werd.
Controleer de algemene toestand van het toestel. Verwijder verontreinigingen aan toestel en
2
onderdrukkamer.
Voer een visuele controle van de algemene toestand van het thermoblok uit. Let hierbij vooral
3
op tekenen van corrosie, roest en andere schade. Als er u schade opvalt, voer dan het nodige
onderhoud uit.
Controleer de gasaansluitdruk bij maximale warmtebelasting. Als de gasaansluitdruk niet in het
4
correcte bereik ligt, voer dan het nodige onderhoud uit.
Controleer het CO₂-gehalte (luchtverhouding) van het toestel en pas het eventueel aan. Noteer
5
dit.
Verbreek de verbinding van het product met het elektriciteitsnet. Controleer de elektrische steek-
6
verbindingen en aansluitingen op goede zitting en corrigeer deze eventueel.
7
Sluit de gasafsluitkraan en de onderhoudskranen.
Leeg het product aan waterzijde (controleer de manometer). Controleer de voordruk van het
8
expansievat, vul het evt. bij (ca. 0,3 bar onder vuldruk van de installatie).
Controleer de startdruk van het expansievat van de gelaagde boiler. Corrigeer de druk indien
9
nodig.
10
Demonteer de compacte thermomodule.
Controleer alle afdichtingen in het verbrandingsbereik, vooral de afdichting aan de branderdeur.
11
Als u schade ontdekt, dan dient u de afdichtingen te vervangen.
12
Reinig de warmtewisselaar.
Controleer de brander op schade en vervang deze evt.
13
Controleer de sifonbeker in het product, reinig en vul de deze eventueel.
14
Bouw de compacte thermomodule in. Attentie: vervang de afdichtingen!
15
Alleen VMW: vervang de secundaire warmtewisselaar als de waterhoeveelheid onvoldoende is
16
of als de uitlooptemperatuur niet bereikt wordt.
Demonteer de stromingssensor, reinig de koudwateringangsfilter van de sensor en monteer
17
daarna de sensor opnieuw.
Open de gaskraan, sluit het toestel opnieuw op het net aan en schakel het in.
18
Open de onderhoudskranen, vul product/CV-installatie tot 1,0 - 2,0 bar (afhankelijk van de stati-
19
sche hoogte van de CV-installatie), start het ontluchtingsprogramma P.00.
Voer een functietest van het toestel en de CV-installatie uit, vooral van de warmwaterbereiding.
20
Ontlucht daarna de installatie eventueel opnieuw.
Controleer de gassoort.
21
22
Controleer visueel het ontstekings- en brandergedrag.
23
Controleer opnieuw het CO2-gehalte (luchtverhouding) van het toestel.
42
Waarden of verklaringen
0 = normaal
1 = verrijkt
2 = mager
in mbar, alleen bij proKlima
0 = functie gedeactiveerd
1 = ECO-modus geactiveerd
Werkelijke waarde in °C
Installatie- en onderhoudshandleiding ecoCOMPACT 0020181591_00
Fabrieksin-
Eigen in-
stelling
stelling
0 = normaal
niet verstel-
baar
0 = functie
niet verstel-
gedeacti-
baar
veerd
niet verstel-
baar
Onderhoud
Inspectie
(min. om de
(jaarlijks)
2 jaar)
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X