Wiellader
1.
Stel de bestuurdersstoel af op uw persoonlijke voorkeur. U kunt:
•
de afstand van de stoel tot het stuur (A) aanpassen.
•
de hoek van de rugleuning (B) aanpassen.
8.3
De stuurkolom aanpassen
1.
Ga op de bestuurdersstoel zitten.
2.
Trek de hendel (A) naar u toe.
3.
Kantel de stuurkolom naar een positie die voor u geschikt is.
4.
Duw de hendel (A) van u af om de stuurkolom vast te zetten.
8.4
De machine starten
8.4.1
Voorbereiding
1.
Controleer of al het vereiste onderhoud heeft plaatsgevonden en controleer het oliepeil. Raadpleeg Het
oliepeil controleren en olie bijvullen op pagina 76.
2.
Controleer of de bandenspanning juist is. Raadpleeg Banden op pagina 25.
3.
Controleer de hoeveelheid brandstof. Vul indien nodig de brandstof bij; raadpleeg hiervoor Brandstof
toevoegen op pagina 58.
4.
Stel indien nodig de bestuurdersstoel af. Raadpleeg De bestuurdersstoel afstellen op pagina 47.
5.
Pas indien nodig de positie van de stuurkolom aan. Raadpleeg De stuurkolom aanpassen op pagina
48.
6.
Doe uw gordel om.
7.
Controleer of de rijrichtingsschakelaar in de neutrale stand staat. Raadpleeg Functie-regeleenheid op
pagina 20.
48 Werking
R1912 - RT100-2