Hardware-adressering
Software-adressering
FIBERTRAC 32 • Profibus PA
mag in een Profibus-PA-netwerk slechts eenmaal worden toegekend.
Alleen bij correct ingesteld adres wordt de sensor door het bestu-
ringssysteem herkend.
Bij uitlevering af fabriek is het adres 126 ingesteld. Deze kan voor
functionele beproeving van het instrument en voor aansluiting op
een aanwezig Profibus-PA-netwerk worden gebruikt. Aansluitend
moet dit adres gewijzigd worden, om andere instrumenten te kunnen
opnemen.
Het adres wordt naar keuze ingesteld via:
•
De adreskeuzeschakelaar in de elektronicaruimte van het instru-
ment (hardwarematige addresinstelling)
•
De display- en bedieningsmodule (softwarematige adresinstelling)
•
PACTware/DTM (softwarematige adresinstelling)
De hardware-adressering is actief, wanneer met de adreskeuzescha-
kelaar op het instrument een adres lager dan 126 wordt ingesteld.
Daarmee is de software-adressering uitgeschakeld; het ingestelde
hardware-adres geldt.
22
22
1
1
Fig. 17: Adreskeuzeschakelaar
1
Adressen kleiner dan 100 (keuze 0), adressen groter dan 100 (keuze 1)
2
Decimaal van het adres (keuze 0 tot 9)
3
Teller van het adres (keuze 0 tot 9)
De software-adressering is actief, wanneer met de adreskeuzescha-
kelaar op het instrument het adres 126 of groter is ingesteld.
De adresseringsprocedure wordt in de handleiding "Display- en
bedieningsmodule" beschreven.
4 Op de voedingsspanning aansluiten
1
2
21
20
19
18 17
16 15
2
4
5
6
3
14 13
12
12
11
9
10 11
23