Beknopte installatiegids
00825-0111-4665, Rev AB
December 2012
S
4: I
TAP
NSTALLATIE
Sensoren met flens
Pakkingen
Voor elke aansluiting van de sensor op een aangrenzend instrument of buisgedeelte is
een pakking nodig. De pakkingen moeten van een materiaal zijn dat compatibel is met
de procesvloeistof en de bedrijfsomstandigheden. Metalen pakkingen en pakkingen met
spiraalvorm kunnen de bekleding beschadigen. Aan weerszijden van de aardring is
een pakking vereist. Voor alle andere toepassingen (inclusief sensor met
bekledingsbescherming of een aardelektrode) is slechts één pakking nodig voor
elke eindaansluiting.
Afbeelding 6. Plaatsing van flenspakking
Flensbouten
OPMERKING
Draai nooit de bouten aan één kant tegelijk vast. Draai elke kant tegelijkertijd vast.
Bijvoorbeeld:
1. Links aandraaien
2. Rechts aandraaien
3. Links aanhalen
4. Rechts aanhalen
Dus niet eerst vóór de meter aandraaien en meteen aanhalen en vervolgens achter de
meter aandraaien en meteen aanhalen. Als u bij het aanhalen van de bouten niet wisselt
tussen beide kanten, kan de bekleding beschadigd raken.
De aanbevolen momentwaarden per maat sensorlijn en bekledingstype staan vermeld in
Tabel 1 voor ASME B16.5- en Tabel 2 voor EN-flenzen. Raadpleeg de fabrikant als de
flensclassificatie van de sensor in de tabellen ontbreekt. Haal de flensbouten vóór de sensor
aan in de volgorde aangegeven in Afbeelding 7 tot 20% van het aanbevolen
Aardring en pakking
optioneel
Rosemount 8732
Niet meegeleverde
pakking
Flow
9