Vervolg tabel storings oplossingen
28.
Neem de koud-wateraansluiting los van de ketel, verwijder de doorstroomregelklep en reinig deze.
29.
Aangeraden wordt, om eerst de branderautomaat uit het toestel te verwijderen, om waterschade aan
de printplaat te vermijden.
Na aftappen van het toestel wordt het toestel, gasklep en ventilator ontkoppeld, en verwijder
branderplaat met ventilator.
30.
Maximaal sensor vervangen. Verwijder de sensor van de messing moer, aftappen niet nodig.
(verwijder de messing moer niet)
31.
De instellingen volgens paragraaf 10.1.1 doornemen.
34.
Branderautomaat uit het toestel nemen, door:
a. De ontstekingskabel losnemen van de electrode.
b. De kabelstekkers losnemen van de printplaat.
c. De 5 plastic bevestigingspennen vanaf de onderkant van de ketel doordrukken en de branderautomaat
uitnemen.
35.
Vervangen, of bij buigen: pas op, buigen nabij de branderplaat, anders kans op breuk
36
Droog maken, eventueel met warme lucht (föhn) droogblazen en controleren op juist functioneren,
eventueel vervangen.
37.
Zie 36.
38.
Zie 36. Neem de aansluiting weg en maak de aansluiting droog door blazen en of onder gebruik maken
van een föhn.
39.
Zie 36. Neem de aansluiting weg en maak de aansluiting droog door blazen en of onder gebruik maken
van een föhn.
40.
Controleer bij de beide kabels naar de ventilator of de verschillende sterpennetjes juist, en ver genoeg in
de steker is gedrukt.
41.
Stekers controleren en op juiste wijze in elkaar schuiven.
42.
Kabels controleren op mogelijke beschadigingen of beknellingen en mogelijk vervangen.
43.
Leidingaansluitingen controleren, sensor vervangen.
44.
Afdichting warmtewisselaar op rookgaskast controleren, zonodig herplaatsen, nieuwe lippenring
monteren.
45.
Controleer alle tappunten en mogelijk WW-leidingen op lek.
46.
Plaats de schakelaar van de pomp op stand 3.
47.
Controleer of de aansluitingen niet verwisseld zijn. (groen=retour=achterste, oranje=aanvoer=voorste)
48.
Zekering mogelijkerwijze vervangen (moet een reden zijn voor defect); er is geen reserve zekering
aanwezig, zie schema op blz. 23.
49.
Zekering mogelijkerwijze vervangen (moet een reden zijn voor defect); er is geen reserve zekering
aanwezig, zie schema op blz. 23.
50.
Controleer het netsnoer, en de wandcontactdoos op spanning; hoofdzekering.
51.
Controleer de geprogrammeerde parameters.
52.
Controleer het type van de kamerthermostaat, en de aanduiding op de stikker van de kroonstenen op het
toestel.
53.
Wijzig het stappenprogramma, met laptop
54.
Breng een wijziging aan in de tijden van "opstaan", in de klokthermostaat.
55.
Aanvoer (uitgaande water) bevindt zich aan de linkerzijde van het toestel; retour rechterzijde.
56.
Controleer driewegklep als wel de kabelaansluitingen op driewegklep als op de kroonsteen.
57.
Controleer boiler sensor.
60.
Controleer alle aansluitstekkers op de printplaat.
61.
Het defect aan een gasblok kan meestal twee oorzaken hebben: de electrospoelen zijn defect, of er is een
intern defect van de gasklep; in beide gevallen is het aan te raden, de gehele gasklep te vervangen.
63.
Er dient met de juiste software (dit contoleren svp) geprogrammeerd te worden, tevens dienen de
uiterste waarden niet overschreden te worden; tracht nogmaals te programmeren.
64.
Met een universeelmeter, dient de voedingsspanning gecontroleerd te worden; indien de spanning juist
is (dient te liggen tussen 190 en 250 Volt) dient de branderautomaat vervangen te worden.
65.
Om de Reset-knop te kunnen herstellen, kan het display van de plastic afstandshouders genomen
worden, en kan nogmaals gecontroleerd worden op een correcte werking: indien negatief, dient het
display vervangen te worden; indien het display functioneert buiten het toestel, dient gecontroleerd te
worden, of de knop door de kunststof afdekking voldoende ruimte heeft (wordt geblokkeerd); gangbaar
maken.
66.
Stel opnieuw de gasklep volgens voorschrift opnieuw af.
38
Montagehandleiding Ambassador 09/2010