Programmeren: Ingangen
De AlphaVision XL kan middels modules uitgebreid worden tot maximaal 616 ingangen. Een ingang is
bedoeld om één detector of contact op aan te sluiten. Het begrip 'groep' of 'zone' wordt in de vaktaal vaak
gebruikt, maar is eigenlijk misleidend. Beide begrippen betekenen officieel 'een groepering van detectoren
op één ingang'. Alhoewel het technisch mogelijk is, wordt het aansluiten van meer dan één contact op een
ingang afgeraden. Meestal wordt in de vaktaal toch het woord 'zone' gebruikt. In deze handleiding dient
dit als 'een ingang' opgevat te worden.
In het tabblad 'Ingangen' kunnen alle eigenschappen voor alle aangesloten ingangen (zones)
geprogrammeerd worden. In het tabblad Ingangen zijn een aantal sub-tabbladen, onderverdeeld per RS-
485 bus.
Schermafbeelding: Programmeren ingangen
Zone benaming
Iedere zone kan voorzien worden van een benaming van maximaal 16 karakters. worden minder karakters
gebruikt, dan wordt dit bij het opslaan aangevuld met spaties.
De ingevoerde benaming wordt gebruikt wanneer er iets over deze zone gemeld wordt op het display,
bijvoorbeeld wanneer er alarm geweest is in deze zone. De benaming wordt ook gebruikt voor het
weergeven van het historisch overzicht en bij doormelding naar de meldkamer (met uitzondering van het
Contact ID protocol).
Zone type
Bij iedere zone moet ingesteld worden, waarvoor deze zone gebruikt wordt. Standaard staat iedere zone
ingesteld als 'Niet gebruikt'. In dat gevoel hoeft een zone niet afgesloten te worden met een weerstand, de
zone is volledig buiten gebruik. Alle niet-gebruikte zones worden ingesteld als 'Niet gebruikt'.
Installateurshandleiding AlphaVision XL
In de meeste gevallen wordt de zone gebruikt als type 'Inbraak'. Het type zone
bepaalt welk type alarm optreedt bij het openen van het alarmcontact. Op het
display van de bedieningsconsoles wordt dit gemeld, maar ook in het historisch
overzicht. Het zone type van de ingang bepaalt tevens, welke code er naar de
meldkamer gestuurd wordt.
Op een zone type 'Inbraak' worden de detectoren aangesloten die "inbraak"
signaleren zoals magneetcontacten, PIRs en dual-melders (PIR + radar). Maar ook
ultrasonore detectoren, actief infrarood detectors en glasbreukmelders vallen
hieronder.
Rev. 3.03 01-04-2018
Blz. 100/228