Pagina
64
8. BIJLAGE
AANSLUITMOGELIJKHEDEN
Let op
MIDI BUSSEN
1
Deze bussen dienen voor het aansluiten van externe MIDI-apparaten aan de CN33 om de gegevensuitwisseling
de instrumenten mogelijk te maken. Er zijn twee bussen: MIDI IN en MIDI OUT.
USB AANSLUITING
2
Deze bus is voor de aansluiting van een computer geconcipieerd om gegevens uit te wisselen. Wanneer u de CN33
met een in de handel verkrijbare USB kabel verbindt, wordt deCN33 als MIDI apparaat herkend. Deze verbinding is
een alternatief voor de gewone verbinding via de MIDI aansluitingen en een MIDI Interface.
Via deze verbinding kunnen uitsluitend MIDI gegevens worden uitgewisseld.
Gebruik voor de aansluiting de USB kabel van het type A/B. Het stekkertype A sluit u aan de computer aan en
het stekkertype B aan de CN33.
LINE OUT BUSSEN
3
Deze bussen leveren een stereosignaal aan een aangesloten apparaat, bv. een versterker, cassettenrecorder, CD
recorder enz.
De aan de LINE IN bussen gestuurde ingangssignalen liggen eveneens aan deze uitgangen, zodat de door de
8
CN33 geproduceerde toon met het ingangssignaal gemengd uitgestuurd wordt.
De MASTER VOLUME regelaar regelt het uitgangsvolume aan de LINE OUT aansluitingen, echter niet het
volume van het signaal dat via de LINE IN aansluitingen in de CN33 komt.
LINE IN BUSSEN
4
Deze bussen dienen voor de aansluiting van de stereouitgangen van een HiFi apparaat of andere elektronische
instrumenten aan de ingebouwde luidsprekers van de CN33. Het aan deze ingangsbussen gestuurde signaal
wordt door de MASTER VOLUME-regelaar niet beïnvloed. Om toch het volume te veranderen gebruikt u
de volumeregelaar van het aangesloten apparaat.
Verbind nooit direct de ingangen LINE IN met de uitgangen LINE OUT van uw CN33. Er kan een
terugkoppeling ontstaan die de versterker van uw CN33 kan beschadigen.
External MIDI devices
Amplifiers, Speakers, or similar
Computer
equipment
Audio equipment or
electronic instruments