Stap 2
Met de knoppen
of VALUE kunt u het gewenste temperatuurtype instellen.
Wanneer een pianoklank is gekozen, wordt automatisch de stemming ‚Equal Temperament' (piano) gekozen.
Wanneer een andere klank is gekozen, wordt automatisch de ‚zuivere getempereerde stemming' (Equal Flat)
gekozen. De fabrieksinstelling voor het temperatuurtype is ‚Equal Temperament' (piano). Bij ieder
opnieuw inschakelen wordt deze instelling actief.
Na een temperatuur te hebben gekozen kan het noodzakelijk zijn om de grondtoon nog vast te leggen. Lees hiervoor
het volgende hoofdstuk.
TOONSOORT (KEY OF TEMPERAMENT)
Zoals u misschien weet, werd een onbeperkt moduleren tussen alle toonsoorten pas mogelijk na het invoeren van de
gelijkzwevende temperatuur. Mocht u daarom een andere temperatuur dan deze kiezen, moet u de toonsoort waarin u
het betreffende stuk wilt spelen zorgvuldig kiezen.
toonsoortinstelling.
Stap 1
Voor het kiezen van een toonsoortinstelling slaat u eenvoudig een willekeurige toets op het klavier aan.
Daarna verschijnt de naam van de betreffende toets in de display.
Let er in dit verband op dat deze procedure alleen voor de fijnafstemming van bepaalde intervallen binnen de
temperatuur dient, niet echter om te transponeren. Om de toonhoogte van het hele klavier te veranderen moet de
functie stemming of transponeren worden gebruikt.
De functie ‚Key Of Temperament' heeft geen functie, wanneer ‚Equal Temperament' als stemming is ingesteld.
C
C#
D
Temperament
Equal (Piano)
Pure (Major)
Equal
Als het te spelen stuk bv. in D groot genoteerd staat, kiest u ‚D' als
D#
F#
E
G
F
G#
Pure (Minor)
Pythagorean
Equal (Flat)
Kirnberger III
A
A#
B
Pagina
53
Meantone
Werckmeister III
7