Het gebruik van interactieve functies voorbereiden
Dit hoofdstuk bevat veiligheidsaanwijzingen over het opzetten van en werken
met interactieve pennen of het uitvoeren van aanraakhandelingen met uw
vinger. Lees deze instructies voordat u de interactieve functies gebruikt.
g g Verwante koppelingen
• "Veiligheidsinstructies voor interactieve functies"
• "De interactieve pennen gebruiken"
• "De interactieve aanraakbediening gebruiken met uw vinger"
Veiligheidsinstructies voor interactieve functies
De interactieve functies werken via infraroodcommunicatie. Let op de
volgende belangrijke punten voor het gebruik van deze functie.
• Zorg dat er geen fel licht of zonlicht op de ontvanger van de interactieve pen
en het projectiescherm valt.
• Stof op de ontvanger van de interactieve pen kan de infraroodcommunicatie
storen, waardoor de functies mogelijk niet normaal kunnen worden
gebruikt. Maak de ontvanger schoon als deze vuil is.
• Breng geen verf of stickers aan op de klep van de ontvanger van de
interactieve pen.
• Gebruik geen infrarood-afstandsbediening of infrarood-microfoon in
dezelfde ruimte, omdat de interactieve pen anders slecht zal werken.
• Gebruik geen apparaten die sterke ruis genereren, zoals roterende apparaten
of transformators, in de buurt van de projector. U kunt dan de interactieve
functies mogelijk niet gebruiken.
De interactieve pennen gebruiken
Voordat u de interactieve pennen gebruikt, stelt u het systeem in en kalibreert
u de pennen. Raadpleeg de Installatiehandleiding van uw projector voor
instructies.
pag.99
pag.99
pag.101
U moet het systeem opnieuw kalibreren als u een afwijking in de
positionering opmerkt na een van de volgende bewerkingen:
• Geometrische corr. uitvoeren
a
• De beeldgrootte aanpassen
• Gebruik van de functie Beeldverschuiving
• De positie van de projector wijzigen
Uw projector wordt geleverd met een blauwe pen en een oranje pen,
aangeduid met de kleur op het uiteinde van de pen. U kunt een van beide
pennen of beide pennen tegelijk gebruiken (één voor elke kleur).
Controleer of penbatterijen zijn geïnstalleerd.
Penpunt
A
Batterij-indicator
B
Knop
C
Riembevestigingspunt
D
Batterijdeksel
E
99