Aanpassen
De stap Aanpassen is een optionele stap waarmee u geavanceerde functies op de verfijnde scan
kunt gebruiken. Met de aanpassingsfuncties kunt u wijzigingen aanbrengen in het oppervlak van
het model, een basis daaraan toevoegen voor afdrukken (Premium-functie), of de randen van het
model trimmen.
Als u deze functies niet nodig heeft, kunt u doorgaan met de stap Exporteren.
Wanneer in de hoek rechtsonder van de knop een driehoek verschijnt,
klikt u met de rechtermuisknop op de knop om een werkbalk met extra
knoppen te openen.
De multifunctionele knop (met een driehoek) die op de hoofdwerkbalk
verschijnt, geeft de laatste functie aan die u van dat type hebt gebruikt.
Doe het volgende om de geavanceerde functies voor de scan te gebruiken:
Klik
om het venster Adapt (Aanpassen) en de werkbalk te openen.
1
Voer een van de volgende handelingen uit:
2
Klik op
functie.
OF
Klik met de rechtermuisknop op
de werkbalk te selecteren. Zie
pagina
127.
Klik op
(Premium-functie). Zie
pagina
125.
Klik op
specifieke functie het oppervlak van het model te wijzigen.
OF
36
Hoofdstuk 3 Workflow Common Scan (Gewone scan)
(of de getoonde snijfunctie) om het model bij te snijden met die specifieke
"De functie Plane Cut (Vlak snijden) gebruiken" op
om een basis te creëren voor het afdrukken van het model
"De functie Model (Modelleren) gebruiken (Premium-functie)" op
(of de getoonde functie voor het reinigen van het model) om met die
(of de getoonde snijfunctie) om een snijfunctie op