Klik op de eerste rode bol om aan de uiteinden van de margelijn te komen (de rode stippen
4
worden groter).
Onderzoek de margelijn op de scan en voer een van de volgende bewerkingen uit:
5
Om de margelijn te bewerken, klikt u op
margelijn wordt geel. Teken opnieuw het gedeelte van de margelijn dat u wilt wijzigen
en zorg dat het gedeelte aansluit op de bestaande margelijn.
Om de margelijn te verwijderen, selecteert u deze en klikt u op
De functie Superimposition View (Superpositieweergave)
gebruiken
Met de superpositieweergave kunt u alle scans over elkaar plaatsen om de communicatie met de
patiënt te vereenvoudigen.
Klik in de stap Controleren op
1
106 Hoofdstuk 11 Beeldopnames beheren
en selecteert u de margelijn. De
. De functie Superpositie verschijnt.
.