6. Werking van progressieve systemen
6.3
Progressieve installaties met een
KFGC (CAN-bus)-pompaggregaat
De algemene werking van progressieve syste-
men met een KFGS-pompaggregaat geldt ook
voor de uitvoering met CAN-bus pompbestu-
ring. Met behulp van het geïntegreerde bestu-
ringsunit LC-CAN5000 is het mogelijk, het
smeercircuit van een progressief verdelersys-
teem in afzonderlijke secties op te delen,
waarvoor telkens eigen parameters (bijv. con-
tact- en pauzetijden) kunnen worden gedefini-
eerd. In totaal kunnen tot vier smeersecties
worden gemaakt.
Voor een opdeling worden er in de uitgaande
hoofdleiding een overeenkomstig aantal elek-
trische aanstuurbare kleppen geïnstalleerd.
Een klep wordt geopend zodra door de bestu-
ringsunit een pomplooptijd voor de overeen-
komstige smeersectie wordt gestart. Om te
gegaranderen dat de pomp iedere smeersectie
van voldoende smeermiddel kan voorzien,
moet worden het zeker zijn dat tijdens het be-
drijf altijd slechts één klep geopend is. In auto-
matische en halfautomatische modus wordt dit
door de besturing geregeld.
Bij een besturing door CAN-opdrachten moet
dit door een juiste keuze van de contact- en
pauzetijden of door overeenkomstig
geprogrammeerde procedures in een extern
smeerprogramma worden gewaarborgd,
Voorbeeld van een progressieve installatie met KFGC-pompaggregaat (CAN-bus), afb. 5
max
CAB Bus
SAE J1939
Pagina 59
waarbij de kleppen in een zorgvuldig
afgestemd programma afwisselend kunnen
worden geschakeld, zodat altijd slechts één
klep is geopend.
NL