Hoofdstuk 4 De effecten uitgelegd
Vowel 2
Hiermee selecteert u de tweede klinker.
Sensitivity
Dit bepaalt de gevoeligheid van de humanizer. Indien
ingesteld op een lagere waarde, zal met een zwakke
snaaraanslag geen effect van de humanizer worden verkregen;
alleen met een krachtige snaaraanslag produceert het effect.
Bij een hogere waarde zal het effect zowel met een krachtige
als met een zwakke snaaraanslag worden verkregen.
Rate
Regelt de cyclus voor het wijzigen van de twee klinkers.
* Als BPM is gekozen, zal de waarde van elke parameter worden
ingesteld volgens de waarde van de Master BPM (pag. 46),
zoals die voor elke patch gespecificeerd is. Dit maakt het
makkelijker effect geluidsinstellingen te bereiken die passen bij
het tempo van de song (wanneer de ingestelde cyclus wordt
versneld, wordt de cyclus gesynchroniseerd tot een 1/2 of 1/4
maal de maatlengte van de BPM).
Voor het instellen van de BPM, drukt u op PARAMETER
[ ] om het master BPM instellingsscherm te verkrijgen.
Depth
Regelt de diepte van het effect.
Manual
Dit bepaalt het punt waarop de twee klinkers worden
verwisseld. Bij een instelling van "50" duren klinker 1 en
klinker 2 even lang. Bij een waarde lager dan "50" is de
tijdsduur voor klinker 1 korter. Bij een waarde hoger dan
"50" is de tijdsduur voor klinker 1 langer.
Level
Regelt het volume van de humanizer.
■ RM (Ring Modulator)
Mode
Hiermee kiest u voor de ring modulator.
Normal
Dit is een normale ring modulator.
Intelligent:
Door het ring-moduleren van het input signaal wordt er een
bel-achtig geluid gecreëerd. De intelligent ring modulator
verandert de oscillatie frequentie op grond van de
toonhoogte van het input signaal en levert zo een geluid
met een "gevoel" van toonhoogte die sterk verschilt van
"normaal". Het effect werkt niet bevredigend als de
toonhoogte van het gitaargeluid niet goed wordt
geregistreerd. Gebruik daarom één enkele toon.
42
Frequency
Dit regelt de frequentie van de interne oscillator.
Effect Level
Dit regelt het volume van het effect geluid.
Direct Level
Dit regelt het volume van het basis signaal.
■ SL (Slicer)
Hiermee wordt het geluid herhaaldelijk onderbroken
waardoor de indruk wordt gewekt dat er een
ondersteunend ritme wordt gespeeld.
Pattern
Selecteert het patroon waarmee het geluid zal worden
onderbroken.
Rate
Regelt de snelheid waarmee het geluid wordt onderbroken.
* Als BPM is gekozen, zal de waarde van elke parameter worden
ingesteld volgens de waarde van de Master BPM (pag. 46),
zoals die voor elke patch gespecificeerd is. Dit maakt het
makkelijker effect geluidsinstellingen te bereiken die passen bij
het tempo van de song (wanneer de ingestelde cyclus wordt
versneld, wordt de cyclus gesynchroniseerd tot een 1/2 of 1/4
maal de maatlengte van de BPM).
Voor het instellen van de BPM, drukt u op PARAMETER
[ ] om het master BPM instellingsscherm te verkrijgen.
Trigger Sens
Dit bepaalt de gevoeligheid van de "triggering". Indien
ingesteld op een lagere waarde, zal met een zwakke
snaaraanslag de frase niet worden geactiveerd (de frase zal
dus gewoon doorspelen); alleen met een krachtige
snaaraanslag zal de frase worden geactiveerd, zodat deze
vanaf het begin wordt teruggespeeld. Bij een hogere waarde
zal de frase zelfs met een zwakke snaaraanslag worden
geactiveerd.
■ AR (Auto Riff)
Hiermee kunt u automatisch een frase spelen door
simpelweg één enkele noot te spelen. Deze mogelijkheid
kan worden gebruikt voor het op eenvoudige wijze spelen
van extreem snelle frasen.
* Het uitvoeren van de volgende operaties, terwijl Auto Riff
speelt, kan resulteren in geluidsvervormingen:
• Het gebruik van anti-feedback.
• Ontvangst van grote hoeveelheden MIDI-data.