Afbeelding 23 - Compressieproces
1. en 2. Aanzuiging
Groef 'a', 'b' en 'c' van de hoofdrotor staan
aan één uiteinde in verbinding met de
aanzuigkamer via het afgeschuinde eind-
vlak van de rotor, en zijn aan de andere
kant afgedicht door de tand van de
sterrotor. Naarmate de hoofdrotor draait,
neemt de effectieve lengte van de groeven
toe, zodat het volume dat open is voor de
aanzuigkamer ook overeenkomstig toe-
neemt. U kunt dit proces duidelijk zien in
diagram 1. Het volume neemt toe naarmate
groef 'a' de positie van groef 'b' en 'c'
innneemt, zodat de aangezogen damp in
de groef terechtkomt.
Wanneer de hoofdrotor verder draait,
grijpen de groeven die open waren voor de
aanzuigkamer ineen met de tanden van de
sterrotor.
Tegelijk
geleidelijk afgedicht door de hoofdrotor.
Zodra het groefvolume afgesloten is van de
aanzuigkamer, is de aanzuigfase van de
compressiecyclus voltooid.
A
Aanzuiggas
3. Compressie
Naarmate de hoofdrotor draait, wordt het
gasvolume dat vastzit in de groef verkleind
omdat de groef korter wordt en het gas
wordt gecomprimeerd.
4. Persen
Wanneer de tand van de sterrotor het
einde van een groef nadert, gaat de druk
van
het
opgesloten
maximumwaarde
wanneer de voorste rand van de groef de
driehoekige
perspoort
overlappen.
De compressie stopt onmiddellijk zodra het
gas in het persverdeelstuk terechtkomt. De
tand van de sterrotor blijft het gas uit de
groef persen tot het groefvolume nul is. Dit
compressieproces wordt herhaald voor
elke groef/tand van de sterrotor.
A
Persgas
wordt
elke
groef
gas
naar
een
die
wordt
bereikt
begint
te
g
c
e
n
v t
a
s
T
N
j
L
i
E
p
Da
iki
n
V
Eu
ro
pe
N.
V.
ne
em
Olie-afscheider niet afgebeeld
t
de
el
aa
n
het
EU
R
O
VE
1.
2.
3.
4.
D-EIMHP00504-14NL - 41/60